Wateringen 12.01.2012 – De fractie LPF Westland heeft het College in een op 17 november 2011 ontvangen brief vragen gesteld over de aanvraag omgevingsvergunning aanbouw Prins Clausstraat 202 te Wateringen.
Ingevolge het bepaalde in artikel 26 van uw “Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de Raad”, beantwoorden zij deze vragen als volgt:
Vraag 1 Waarom is er zo laat gecommuniceerd met de omwonenden over de voorgenomen realisatie van een uitbouw van 50m2 en de bestemming die het college nu voor ogen heeft?
Antwoord
Aan de voorgenomen uitbouw ligt ten grondslag een aanvraag om woningaanpassingen. Deze aanvraag is gedaan in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Aangezien de huidige woning niet geschikt is voor de nodige aanpassingen zijn er de afgelopen jaren verschillende mogelijkheden op diverse lokaties onderzocht. De laatste optie is de hoekwoning Prins Clausstraat 202. Meerdere alternatieven zijn hier onderzocht waarbij ruimtelijke en medische aspecten zijn meegenomen. Een aanbouw aan deze woning zou voor het gezin een passende oplossing zijn gezien de medische beperkingen.
Op het moment dat deze optie onderzocht is, was de vergunning van het project Hof van de Wateringhe reeds verleend. In het kader van de wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) dient een omgevingsvergunning te worden aangevraagd. Er is dus sprake van 2 aanvragen: één aanvraag voor woningaanpassingen(Wmo) en één aanvraag omgevingsvergunning (Wabo)
Op het moment dat de omgevingsvergunning is aangevraagd is dit bekend gemaakt via de website van gemeente Westland en publicatie in huis-aan-huisblad “Het Hele Westland”. Vervolgens is het besluit om de vergunning te verlenen gepubliceerd op de website en in “Het Hele Westland”. Als service is besloten om direct omwonenden middels een brief te informeren.
Kortom de bewoners zijn geïnformeerd nadat er meer duidelijkheid is ontstaan in de mogelijkheden om passende huisvesting te realiseren voor de betreffende familie.
Vraag 2 Aanpassingen in en om de woning kennen beperkingen binnen de Ruimtelijke Ordening. Kan het college aangeven of een uitbreiding van 50m2 binnen de gestelde kaders vallen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
Een aanvraag voor een aanbouw wordt (indien deze vergunningsplichtig is) getoetst aan het op dat moment vigerende bestemmingsplan. Hierin wordt o.a. aangegeven hoeveel vierkante meter er maximaal gebouwd mag worden. Echter, er is nog geen nieuw bestemmingsplan voor het projectgebied van Hof van de Wateringhe, waardoor er in ieder geval een ruimtelijke procedure gevolgd moet worden om plannen mogelijk te maken (omdat het oude bestemmingsplan nog geldt). Dat geldt dus ook in het geval van deze aanbouw. De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht biedt vervolgens de mogelijkheid om bij kleine afwijkingen van het bestemmingsplan een korte procedure te volgen.
Vraag 3 Met de uitbouw is een bedrag gemoeid van ruim 80.000 euro, lezen wij in de vergunningaanvraag van Weboma. Kan het college aangeven of dit binnen de gestelde kaders van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning is? Zo niet, waarom is dit niet via de gemeenteraad van Westland middels een raadsvoorstel gekomen?
Antwoord
Dit bedrag valt binnen de kaders van de Wmo. De oppervlakte per gebruiksruimte is berekend volgens de richtlijnen van het Wmo verstrekkingenboek (gebaseerd op de Wmo verordening, hoofdstuk 2.3). Voor vergelijkbare bedragen zijn ook in het verleden aanbouwen bekostigd in het Westland in het kader van de Wmo. In dit geval gaat het om drie personen met een beperking die met deze woningaanpassing in staat worden gesteld om te wonen en zorg te ontvangen in een geschikt huis (compensatiebeginsel).
Vraag 4 Het huis staat al meer dan een jaar leeg. Waarom heeft het college de omwonenden niet in de beginfase geïnformeerd, zodat zij keuze hadden in het kopen van een woning in deze buurt om niet achteraf te worden geconfronteerd met zo een immense uitbouw?
Antwoord
Op het moment dat deze optie in beeld is gekomen, was de vergunning voor het project Hof van de Wateringhe reeds verleend en waren alle woningen reeds verkocht. Meerdere opties zijn onderzocht. Op het moment dat er concrete plannen waren zijn de bewoners hierover geïnformeerd. Uitbouw behoort overigens altijd tot de mogelijkheden in bestaande wijken. Niemand krijgt garantie dat alles hetzelfde blijft.
Vraag 5 Is het college op de hoogte van de onrust die heerst in de wijk en wat is het college van plan om deze onrust weg te nemen?
Antwoord
Wij hebben omwonenden op de hoogte gesteld van de plannen. Belanghebbenden hebben de mogelijkheid gehad om bezwaar in te dienen en kunnen altijd terecht bij de consulenten van het omgevingsloket in ‘s-Gravenzande indien zij vragen hebben over de omgevingsvergunning.
Wij gaan er vanuit uw vragen met deze brief te hebben beantwoord.
Burgemeester en wethouders van Westland,
de secretaris, de burgemeester,
M. van Beek |
J. van der Tak |