Den Haag 12.10.2022 – In 2023 gaat de grens voor een NHG-hypotheek omhoog naar € 405.000, wat € 50.000 hoger is dan dit jaar.
Door deze verhoging krijgen meer huizenkopers toegang tot een hypotheek met NHG (Nationale Hypotheek Garantie). NHG biedt een vangnet als mensen te maken krijgen met gedwongen verkoop of restschulden.
Zowel de borgtochtprovisie – het eenmalige bedrag dat iemand voor een hypotheek met NHG betaalt – als de NHG-kostengrens wordt jaarlijks opnieuw bepaald via een afgesproken methodiek. Hiervan is het doel enerzijds meer stabiliteit op de woningmarkt creëren en anderzijds zorgen dat consumenten toegang behouden tot een hypotheek met NHG. Deze methodiek is vastgesteld samen met het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het ministerie van Financiën. De NHG-kostengrens gaat in een periode van stijgende woningprijzen minder hard omhoog en in een periode van dalende woningprijzen minder hard omlaag.
In 2023 heeft NHG gekozen voor dezelfde methode als in 2022 om jaarlijks de NHG-kostengrens vast te stellen. Hierdoor stijgt de kostengrens van € 355.000 naar € 405.000 en blijft de NHG toegankelijk voor veel kopers. Met Energie Besparende Voorzieningen wordt de kostengrens in 2023 € 429.300. Ook bij de borgtochtprovisie is stabiliteit het uitgangspunt. In 2023 zal deze gelijk blijven aan 2022, namelijk 0,6%.
Het kabinet wil tot en met 2030 900.000 woningen realiseren waarvan twee derde betaalbaar. Op dit moment geldt daarbij de NHG-grens als grens voor wat een betaalbare koopwoning is. Door de sterke stijging van de NHG-grens zijn woningen met die prijs voor minder mensen betaalbaar, omdat de inkomens het afgelopen jaar minder zijn gestegen dan de NHG-grens. Daarom gaat het kabinet de grens voor wat betaalbare koopwoningen zijn loskoppelen van de NHG-grens. Voor de regionale woondeals die eind dit jaar en begin volgend jaar worden vastgesteld wordt, conform het programma Woningbouw, de huidige NHG-grens van € 355.000 gehanteerd als betaalbaarheidsgrens. Deze verandert dus niet door verhoging van de kostengrens naar € 405.000.