Kwintsheul 03.10.2014 – De Romeinse forten langs de zuidoostkust van Engeland spreken tot de verbeelding.
Een aantal van deze forten, waaronder die van Portchester, Richborough en Pevensey, behoren zelfs tot de best bewaarde van het Romeinse Rijk. Ze beveiligden de havens, maar werden ook ingeschakeld als kustverdediging tegen Germaanse raiders, groepen die met plundertochten de kusten onveilig maakten. Waar in Engeland een lange traditie bestaat in het onderzoek naar deze forten en hun rol voor de Romeinse administratie, leger en economie, staat het onderzoek naar de militaire installaties aan deze zijde van de Noordzee en het Kanaal in een priller stadium, maar komt stilaan in versnelling.
De laatste twintig jaar zijn aan onze kant van het Kanaal en de Noordzee nieuwe militaire sites en belangrijke vondsten aan het licht gekomen, zoals het minicastellum van Ockenburg en de vlootinscriptie van Naaldwijk-Hoogwerf, en vond er hernieuwd archeologisch onderzoek plaats in de reeds bekende militaire sites van Maldegem-Vake, Oudenburg, Aardenburg en Boulogne-sur-Mer. Op uitnodiging van het Genootschap Oud-Westland vertelt de heer Wouter Dhaeze op 14 oktober a.s. meer over de geschiedenis van de kustverdediging.
In de lezing wordt de kustverdediging aan de hand van historische, epigrafische en archeologische bronnen uit de doeken gedaan. Er wordt komaf gemaakt met een aantal misvattingen die er over het onderwerp bestaan, er worden nieuwe inzichten gepresenteerd en er wordt dieper ingegaan op de operationele en organisatorische aspecten van deze kustverdediging. Tijdens de voordracht wordt vooral de situatie in West-Nederland uit de doeken gedaan.
Lezing: Dinsdag 14 oktober 2014, ‘Kustverdediging in West-Nederland, toegespitst op het Westland’
Spreker: De heer Wouter Dhaeze
Locatie: ‘De Kastanjehof’, De Raaphorst 2 in Kwintsheul.
Aanvang 20:00 uur.
Zaal open vanaf 19.30 uur. Gasten zijn van harte welkom, wel wordt van hen een bijdrage gevraagd van € 4,00 i.v.m. de kosten van de koffie.
Wouter Dhaeze studeerde aan het Sint-Leocollege (Brugge) waar hij de opleiding Latijn-Grieks volgde. In 2000 behaalde hij het diploma van licentiaat in de archeologie aan de Universiteit Gent. In 2001 werkte hij op de archeologische sites van Heinstert en Clairefontaine (provincie Luxemburg) en daarna startte hij de opgravingen aan de zuidwestelijke hoek van het Romeinse castellum van Oudenburg.
Van oktober 2001 tot september 2005 was hij verbonden aan de vakgroep archeologie van de Universiteit van Gent waar hij de opgraving van het castellum van Maldegem-Vake uitwerkte en de materiele cultuur van enkele andere militaire sites bestudeerde. Hij was toen ook betrokken bij de opgravingen in Pessinus (Turkije) en de veldprospecties in de Potenza Vallei (Italië).
In 2006 en 2007 werkte hij in opdracht van het VIOE als projectarcheoloog op de site Menen-Kortewaagstraat. Sinds 2008 is hij werkzaam in Oudenburg als stadsarcheoloog. In september 2011 verdedigde hij zijn doctoraal proefschrift ‘De Romeinse kustverdediging langs de Noordzee en het Kanaal van 120 tot 410 na Chr.’, onder promotorschap van Jean Bourgeois (UGent, vakgroep archeologie).