Maassluis 27.11.2014 – Wethouder Eitjes van Maassluis is in opspraak geraakt omdat zijn broer als inhuurkracht voor Theater Koningshof geld declareerde.
Die deed dit in totaal voor ruim € 41.000 onder de BV van de wethouder.
Hieronder een schrijven van de gemeente over de ontstane situatie.
——————–
Op 18 november jl. werd in de commissie het raadsvoorstel behandeld inzake het verlenen van een bijdrage in de exploitatie van Theater Koningshof 2013 en 2014.
Na afloop van de eerste termijn in de commissie werd afgesproken de behandeling van het agendapunt voort te zetten in de commissievergadering d.d. 2 december 2014. Fracties werden uitgenodigd om hun nog openstaande vragen schriftelijk in te dienen, zodat de beantwoording voor die vergadering gereed zou kunnen zijn.
De behandeling in de commissie heeft voor ons aanleiding gevormd om u bij deze een verder inzicht te geven in de ontwikkelingen binnen de relatie tussen gemeente en het bestuur van Koningshof gedurende het laatste jaar. Medio 2013 kaartte het Koningshofbestuur zijn exploitatieproblematiek aan ontstaan door het tekort over 2012.
Wij verleenden Koningshof eind 2013 onder de titel “blijk van waardering voor het totale scala van activiteiten dat zij in haar accommodatie organiseert en de mogelijkheid aan anderen biedt om het sociale en culturele leven in Maassluis te bevorderen” een extra subsidie van € 19.498,= over 2012. In datzelfde najaar bracht Koningshof via bestuurlijk overleg haar zorg tot uitdrukking over het exploitatieverloop 2013. Op 30 september 2013 lichtte het Koningshofbestuur in bestuurlijk overleg zijn besluit toe om een taskforce in te stellen, gericht op het realiseren van een omslag in de bedrijfsvoering die naar haar opvatting noodzakelijk was.
Bij die gelegenheid kwam aan de orde dat het Koningshofbestuur voornemens was uit eigen gelederen in een interimmanagementfunctie te voorzien i.c. door de voorzitter. Door de destijds verantwoordelijke wethouder is het bestuur van Koningshof tijdens die vergadering gewezen op de onwenselijkheid van een dergelijke stap, mede met name vanwege een mogelijke discussie omtrent de integriteit en schade aan personen. Het bestuur van Koningshof zou zich verder beraden.
De gemeentesecretaris heeft de situatie op 22 oktober 2013 aan ons ter kennis gebracht. Wij namen het standpunt in dat het college in directe zin geen toestemming kan of wil geven voor een dergelijke constructie. Wij voelden het niet als onze competentie te beslissen over inhuur bij en door zelfstandige organisaties. Wel maakten wij tijdens de collegevergadering de afspraak dat de wethouder cultuur en de gemeentesecretaris in gesprek zouden gaan met het Koningshofbestuur om onze uitdrukkelijke mening over het ongewenste van de situatie mede te delen.
Niet zozeer betreffende de persoon die zou worden ingehuurd en de vraag wie daartoe bevoegd was, doch meer in het licht van de persoonlijke relatie van de in te huren persoon met de wethouder Financien die de nodige bestuurlijke vraagtekens zou kunnen opleveren. Op 29 oktober 2013 vond dat bestuurlijk overleg plaats. In dat gesprek is door gemeente opnieuw uiting gegevens aan de risico’s, zoals hierboven omschreven. Nadrukkelijk is dit aan het bestuur van Koningshof meegegeven, onder de aantekening dat zij als autonoom bestuur haar verantwoordelijkheid had te dragen voor haar uiteindelijke beslissing.
Tot zover de mate waarin het college van burgemeester en wethouders kennis heeft gehad van het voornemen van het Koningshofbestuur en de wijze waarop het college richting Koningshofbestuur heeft gehandeld. Op 25 november 2014 is in het overleg met het bestuur van Koningshof, nav de commissievergadering van 18 november 2014 de invulling van het interim-management opnieuw aan de orde gesteld. Naar aanleiding van antwoorden op de daar gestelde vragen hebben wij op het volgende geconstateerd.
Het bestuur van Koningshof blijkt al op 27 augustus 2013 besloten te hebben de voorzitter van Koningshof, de heer P. Eitjes, in te huren met als opdracht het exploitatietekort bij Koningshof terug te dringen. De werkzaamheden zijn gefactureerd onder de noemer van “bestuursvergoeding”. Echter, op 26 november 2014 is door ons vastgesteld dat de facturering en de betaling voor deze werkzaamheden niet geschied zijn door en aan de voorzitter, de heer P. Eitjes prive, maar door en aan Nano Holding BV. te Maassluis. Dit bedrijf is eigendom van wethouder H.L.M. Eitjes.
In 2013 was met de inzet een bedrag van € 12.529,11 gemoeid (3 facturen over september t/m december 2013). Over 2014 betrof het een bedrag van € 28.587,27, (8 facturen in administratie gespecificeerd).
Alhoewel wij er van uitgaan dat te goeder trouw voor deze constructie is gekozen, achten wij dit niet wenselijk, mede gezien de Gedragscode Bestuurlijke lntegriteit gemeente Maassluis 2010. Het is ons eveneens gebleken dat blijkens informatie van het Koningshofbestuur een bestuurslid via “Espriet Communicatie”een aantal PR-werkzaamheden heeft uitgevoerd en diensten geleverd in 2014, welke in de administratie van Koningshof zijn verantwoord onder “Reclame en Advertenties Algemeen” en waarmee een totaal factuurbedrag van € 2.621,44 (ex BTW) was gemoeid.
Gezien deze eerste voorlopige bevindingen acht het college het gewenst een nader, extern onderzoek in te laten stellen naar de omstandigheden en de feiten. Wethouder H.L.M. Eitjes heeft vanaf 26 november 2014 en zal totdat de resultaten van het onderzoek bekend zijn niet deel nemen aan de besprekingen en besluitvorming in het college van B en W over het onderwerp Koningshof.
Hoogachtend, het college van burgemeester en wethouder van Maassluis,
de secretaris, de burgemeester,
mr A.J.T. Korthout, J.A. Karssen