Monster 15.10.2015 – De fractie Westland Verstandig heeft collegevragen gesteld over manege Dijkgraaf aan de Haagweg te Monster.
Gelet op de brief van 24 augustus 2015 heeft het college deze vragen later beantwoord dan de daarvoor geldende vier weken.
Ingevolge het bepaalde in artikel 26 van uw “Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de Raad van de gemeente Westland 2013”, beantwoorden zij deze vragen als volgt:
Vraag 1
Welke toezeggingen heeft uw College gedaan aan de omwonenden ter zake van de duur van de huurovereenkomst en heeft uw College danwel medewerkers namens uw College aan de omwonenden beloofd dat per 20 juni 2015 een einde gemaakt zou worden aan de exploitatie?
Antwoord 1
Aan de omwonenden hebben wij aangegeven dat de huurovereenkomst liep tot 30 juni 2015. Per deze datum zouden de gehuurde gronden en opstallen dan ook leegkomen.
Vraag 2
Op dit moment zijn er geen vergunningen meer voor de exploitatie omdat de vergunningen allemaal gebaseerd waren op een einde per 30 juni 2015. Hoe wordt dit door het College op dit moment opgelost daar op dit moment vergunningloos gewerkt wordt en van gedogen geen sprake kan zijn?
Antwoord 2
Op het moment van schrijven van deze beantwoording vinden er nog volop gesprekken plaats, zowel met de eigenaren van de Dijkgraaf als met de omwonenden.
Er wordt gezocht naar een oplossing, waarbij gekeken wordt naar alternatieve locaties voor de Dijkgraaf. Indien geen oplossing wordt gevonden, zullen wij mede gelet op het handhavingsverzoek dat er ligt, handhavingsinstrumenten inzetten.
Vraag 3
De omwonenden klagen over stofhinder omdat de exploitant zich niet houdt aan de gestelde regels van nathouden van de zanderige ondergrond. Is het College bereid om hier op korte termijn controles uit te voeren?
Antwoord 3
Wij zijn bekend met de klachten van de omwonenden over stofhinder. Indien een oplossing wordt gevonden, zal de stofhinder ten einde zijn. Indien geen oplossing wordt gevonden, zal de stofhinder worden meegenomen in het handhavingstraject.
Vraag 4
Voorts blijken er allerlei activiteiten in de manege plaats te vinden die niet bij een manege horen en waardoor wel veel mensen aangetrokken worden door de manege. Zijn die activiteiten bij uw College bekend en zo ja waarom worden deze gedoogd terwijl de omwonenden daar veel over geklaagd hebben en ook veel overlast van ondervinden?
Antwoord 4
Wij zijn bekend met het feit, dat een menwedstrijd is georganiseerd.
Net als bij de vorige vraag, geldt ook hier dat indien geen oplossing wordt gevonden, wij het organiseren van activiteiten meenemen in het handhavingstraject. Het organiseren van activiteiten bij het paardensportcentrum en het gebruik van het paardensportcentrum vallen onder dezelfde bestemmingsplanbepaling. Indien wij handhavingsinstrumenten inzetten, zullen alle strijdigheden integraal worden opgepakt.
Vraag 5
De wethouder heeft tijdens de raadsvergadering toegezegd dat hij in ieder geval strakke condities zou stellen aan de tijdsduur van de overlegperiode en dat omwonenden geen hinder meer zouden ervaren. Hoe ver is de wethouder daarmee en is hij bereid om met de bewoners zoals toegezegd op korte termijn in gesprek te gaan om die maatregelen verder uit te werken?
Antwoord 5
De wethouder heeft reeds met de direct omwonenden gesproken over de huidige situatie. Door de wethouder is niet toegezegd dat gedurende de overlegperiode de omwonenden geen overlast zouden ervaren.
Vraag 6
Omwonenden maken voorts melding ervan dat er sinds het begin andere onroerende zaken aan de manege zijn toegevoegd. Is dit juist en heeft de gemeente inderdaad deze percelen verhuurd?
Antwoord 6
Het is ons niet bekend dat er onroerende zaken aan de manege zijn toegevoegd.
Vraag 7
De omwonenden geven aan dat de wethouder al voordat de motie werd ingediend aangaf dat de politiek en de Raad maar een besluit moesten nemen. Dat is vreemd omdat op dat moment de motie er nog niet was. Welke betrokkenheid heeft het College bij de motie die uiteindelijk door de Raad is aangenomen?
Antwoord 7
Wij hebben geen betrokkenheid bij de motie.
Vraag 8
Is het College bereid om in de commissievergadering van september terug te koppelen naar de Raad in hoeverre zij actief is bezig geweest om nadere exploitatievoorwaarden op te leggen aan de exploitant gedurende de tijd dat hem nog gegund is te exploiteren en ook welke voortgang geboekt is met betrekking tot de beëindiging van de exploitatie? Weliswaar is een bedrijf zoals manege Dijkgraaf zeer nuttig en voorziet ook in een behoefte in Westland, maar in deze dient wel een goede afweging gemaakt te worden tussen belangen van omwonenden en de belangen van de exploitant. Is het College het hiermee eens en op welke wijze is in het verleden die afweging gemaakt door uw College uitgaande van de toch vrij ernstige klachten die de omwonenden uiten?
Antwoord 8
Op 2 september 2015 is de commissie EFO reeds geïnformeerd hierover. De gesprekken die momenteel plaatsvinden met de eigenaren van de Dijkgraaf en de omwonenden hebben als doel een goede belangenafweging te onderzoeken of er mogelijk (tijdelijke) oplossingen zijn voor de ontstane situatie. In het verleden heeft er een intensief mediationtraject plaatsgevonden om de klachten van de omwonenden te verminderen.
Wij gaan er vanuit uw vragen met deze brief te hebben beantwoord.
Burgemeester en wethouders van Westland,
de secretaris, de burgemeester,
M. van Beek |
J. van der Tak |
Ambtelijke inzet
Naar aanleiding van de raadsmotie d.d. 18 maart 2015 wordt aangegeven hoeveel inzet is gepleegd om deze vragen te beantwoorden. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen vaste en variabele inzet. Onder de vaste inzet wordt verstaan het (besluitvormings)proces dat altijd nodig is om de beantwoording te verzorgen. Dit betreft circa 2 uur, wat resulteert in vaste loonkosten van circa € 176,00. Daarnaast is circa vier uur ambtelijke inzet gepleegd voor de inhoudelijke beantwoording, wat resulteert in € 352,00 (aantal uren x € 88,00). In totaal betreft het dus
€ 528,00 aan loonkosten. Voor de beantwoording zijn geen kosten gemaakt voor externe advisering.