Verklaring college verkoop gronden aan gemeente Westland

Westland 31.05.2017 – De fractie VVD Westland heeft in maart collegevragen gesteld over keukentafelgesprekken van de gemeente Westland

betreffende verkoop van gronden aan de gemeente Westland.

Ingevolge het bepaalde in artikel 42 van uw “Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de Raad van de gemeente Westland 2016”, beantwoorden zij deze vragen.

Vraag 1

Wat zijn de achterliggende gedachten van het college om deze documenten met een mondelinge prijs achter te laten, nog voor dat er met de raadswerkgroep een overeenstemming is bereikt over het te voeren beleid?

Antwoord 1

De gemeente heeft een sterke Greenport tot ambitie. Een belangrijk, onlosmakelijk en voorwaardelijk onderdeel daarvan is een vitaal en modern glastuinbouwgebied. Op verscheidene manieren, waaronder via de Coalitie HOT, wordt inzet gepleegd om dit vitaal en modern glastuinbouwgebied te stimuleren. Eén van de aspecten waar de gemeente kan stimuleren is het verminderen van oneigenlijk gebruik van gronden die bestemd zijn voor de glastuinbouw.

In de raadswerkgroep ‘herstructurering’ is gesproken over handhaving tegen gebruik van agrarische gronden voor privédoeleinden of andere (bedrijfsmatige) doeleinden. Met de raadswerkgroep zijn mogelijkheden verkend hoe de genoemde beleidsdoelen beter konden worden bereikt. Uitvloeisel daarvan is de op 17 februari 2017 in werking getreden “Handhavingsstrategie strijdig gebruik in het duurzaam glastuinbouwgebied” als een aanvulling op, en op onderdelen een wijziging van, het ‘Handhavingsbeleid, integrale handhaving Wabo-taken gemeente Westland’, zoals vastgesteld op 5 oktober 2015.

Door deze strategie kan nu een alternatief voor handhavend optreden worden geboden, waardoor het afwijkend gebruik, onder voorwaarden, (nog) niet hoeft te worden gestaakt. Dit geldt met name in gevallen waarbij herstructurering en modernisering van glastuinbouw om verscheidene redenen op dit moment niet opportuun is. Het college is van mening dat dit beleid uitvoering geeft aan de overeenstemming in de raadswerkgroep in de periode januari 2016 t/m oktober 2016.

Vraag 2

Klopt het dat er een grondprijs van 40,- euro is genoemd en zo ja, waarop is deze prijs gebaseerd?

Antwoord 2

Ja, de grondprijs is indicatief genoemd.

Met eigenaren en/of gebruikers van agrarische gronden die deze hebben aangewend voor privédoeleinden of andere (bedrijfsmatige) doeleinden wordt gesproken over de mogelijkheden dit direct of op termijn te beëindigen. In verband met eventuele verkoop, nu of op termijn, is in één van deze gesprekken gevraagd is naar de marktwaarde van agrarische gronden. Hoewel waardebepaling van vele factoren afhankelijk is, zoals bruikbaarheid, en dit pas aan de orde is op het moment van overdracht, is indicatief een dergelijke waarde is genoemd en deze mogelijk gebaseerd is op de in de Nota grondprijzen 2017 van de gemeente Westland opgenomen waarde van € 40,- per vierkante meter. Echter, de waardebepaling vindt primair plaats tussen koper en verkoper op basis van de alsdan geldende marktconforme waarde van agrarische gronden of anders via de waardebepaling als benoemd in de ‘koopoptie’, zijnde bepaald door beide makelaars/taxateurs of, indien zij niet tot overeenstemming kunnen komen, door een onafhankelijke derde makelaar/taxateur.

Vraag 3

Is het college het met de VVD eens dat koopaktes en het noemen van prijzen pas verspreid mogen worden als we met de raadswerkgroep tot een goede visie zijn gekomen voor de “Herstructurering Glastuinbouw”?

Antwoord 3

Nee, zie antwoorden 1 en 2.

Wij gaan er vanuit uw vragen met deze brief te hebben beantwoord.

Burgemeester en wethouders van Westland,

de secretaris,                       de burgemeester,