Westland 23.01.2019 – Op 8 november 2018 hebben B&W vragen ontvangen van de fractie LPF Westland over de opvang van statushouders uit veilige landen.
Ingevolge artikel 42 van het Reglement van Orde informeren wij u als volgt.
Vraag 1
Hoeveel statushouders heeft de gemeente Westland de laatste 5 jaar gehuisvest?
Antwoord 1
De gemeente heeft de afgelopen 6 jaren (inclusief 2018) een taakstelling gekregen van ruim 880 personen. In totaal hebben wij ca 840 personen gehuisvest. Deze personen hebben allemaal een wettelijke status tot verblijf.
Vraag 2
Zijn er onder de gehuisveste statushouders personen die afkomstig zijn uit de zogenaamde “veilige landen”?
Antwoord 2
De gemeente voert de wettelijke taakstelling uit van personen met een status tot verblijf. Het is niet aan de gemeente om een beoordeling te maken over de verblijfsvergunning. Volgens het Vluchtelingenverdrag is een vluchteling iemand die in zijn thuisland gegronde vrees heeft voor vervolging. Diegene krijgt in eigen land geen bescherming tegen deze vervolging. Een statushouders ontvangt zijn of haar verblijfsstatus kortom wanneer is aangetoond dat het land van herkomst niet veilig is voor hem of haar.
Vraag 3
Zitten er in de nog uit te voeren taakstelling mensen uit “veilige landen”?
Antwoord 3
Zie antwoord vraag 2.
Vraag 4
Is het college het met de LPF Westland eens dat het huisvesten en opvangen van mensen uit de veilige landen een onwenselijk situatie is?
Antwoord 4
Het huisvesten van statushouders, in het kader van de verplichte taakstelling, betreft het huisvesten van personen met een wettelijke titel tot verblijf (een verblijfsvergunning). De beschreven situatie in de landelijke pers betreft de situatie van asielzoekers. De gemeente vangt geen asielzoekers (personen die nog in de procedure aanvragen verblijfsvergunning zitten) op.
Vraag 5
Is het college bereid bij het COA aan te geven niet mee te werken aan het huisvesten/opvangen van mensen uit veilige landen?
Antwoord 5
In het kader van de taakstelling huisvesten wij uitsluitend personen die een verblijfsvergunning hebben. Over de uitvoering van die verplichte taakstelling hebben wij wel overleg met de regievoerder van het COA over de personen, maar vooral dan over de gezinssamenstelling. Over het land van herkomst kunnen wij wel een lichte voorkeur uitspreken, vooral in het kader van de integratie, maar niet meer dan dat.