Honselersdijk 20.05.2011 UPDATE – Donderdagmiddag moest de brandweer van Honselersdijk naar de Burgemeester Hoogenboomstraat voor een speciaal klusje.
In een boom op de hoek met de Pijnacker Hordijklaan was een kolonie bijen neergestreken die steeds groter in aantal werd. Of het toeval was of niet maar de bewoners die het zelf gemeld hadden bij de hulpdiensten, hadden ook een klein bijenvolk in de tuin zitten om de fruitbomen te bestuiven.
Natuurlijk is dit geen werk voor de brandweer maar voor bijenhouders. Een imker was ter plaatse en heeft op het dak van de brandweerwagen het bijenvolk uit de takken (de koningin met wat aanhang) in een mand gelegd. De brandweer was zodoende zo klaar, kon de wegversperring opheffen en is weggegaan.
De mand is vervolgens op de grond gezet in de hoop dat de rest van de werksters vroeg of laat naar de koningin op zoek zouden gaan. Dat veroorzaakte nogal wat onrust onder de geschatte 30.000 bijen, en op gegeven moment was de hele Pijnacker Hordijklaan ter plaatse één grote bijenzwerm. Van de uitstervingsproblemen die er met bijenvolken in Nederland zijn, was even niets te merken.
De imker en een bewoonster zijn door een paar bijen gestoken maar verder viel het allemaal wel mee. Een persoonlijk verhaal met meer details van de imker zelf staat hieronder. De video van ruim 5 minuten is op Westlandmovies.nl te bekijken.
Globale bijensterfte, mooi weer en explosieve groei.
Tegenwoordig weet doorgaans een ieder wel dat het wereldwijd net zo goed gaat met de bijen dwz. we bedoelen dan de honigbij, de Apis Mellifera. Zou daar de naam van het honingpotje Mellona vandaan komen? Maar het zijn niet allemaal doemverhalen. Imker ir. Meindert Vos uit Den Haag hoorde in het afgelopen voorjaar van de familie Van der Giessen uit de Burgemeester Hoogeboomstraat in Honselersdijk dat ze afgelopen jaar weinig bijen in hun tuin hadden gezien.
Ze hebben drachtbloemen – bloemen die nectar leveren – , vruchtdragende bomen en struiken in hun omgeving en in hun tuin en hadden verleden jaar opmerkelijk kleine vruchten geconstateerd. Daarop ontstond circa een maand geleden het idee om een heel klein bijenvolkje in hun tuin te plaatsen. Onder een boom geplaatst vlogen de bijen vanuit hun kastje loodrecht omhoog het zwerk tegemoet om hoog over de straat vliegend de bloemen dichtbij en ver weg – wel tot 6 km – te bezoeken.
Het volkje had het duidelijk naar de zin en vloog meteen intensief op de bloeiende bomen in de straat. Ook de bewoners genoten van de met name in bloemen geïnteresseerde diertjes. Immers, ze prikken wel eens maar dan met name als ze in het nauw zitten of zich belaagd voelen. Dus nooit te driftig met je handen zwaaien als ze in de buurt zijn, even je ogen en je mond sluiten als ze dicht om je hoofd heen vliegen; een imker draagt immers, als hij werkt in de bijen, doorgaans graag met een imkerkap op … een soort bruidsluier tot bescherming van met name zijn ogen. Maar, wees eerlijk, meestal heeft de mens geen last van de op zoetigheid van bloemen beluste vliegers. En met dat mooie, zonnige, droge weer van de afgelopen periode hadden ze het opmerkelijk druk.
Er trad een onverwachte, explosieve groei van het bijenvolkje op. Het ging wel erg hard. En hoewel er in dit bijenvolk (van geschat 20.000) bijen één koningin zit die in haar eentje verantwoordelijk is voor de instandhouding en uitbreiding van het aantal bijen – in het hoogseizoen legt ze wel 2000 eitjes per dag – is er sprake van nog een tweede vermenigvuldigingsmechanisme in bijenvolken: het zwermen.
Met name in mei/juni treedt dit verschijnsel op als een volk meent zich te moeten splitsen: er wordt een eitje voor een nieuwe koningin gelegd en zodra de cel waarin dat ligt wordt afgesloten, neemt de oude koningin de benen(vleugels) en neemt de helft van het volk mee om een nieuwe woning te zoeken. En ja hoor, geheel tegen de verwachting in gebeurde dat op donderdagmiddag 19 mei. Met een oorverdovend lawaai steeg een geweldig leger bijen in extase op om al snel in de dichtstbijzijnde boom neer te strijken. Daar hingen ze aan elkaar als een tros druiven van wel 30 cm met de koningin daar middenin aan een tak op ongeveer 5 m hoogte.
Na het geweld bij het opstijgen keerde de rust weer. De imker werd gebeld door de bewoners met het verzoek om de bijen daar vandaan te willen halen, omdat toch nog een aanzienlijk aantal van de gevleugelde vrienden en vriendinnen driftig over de straat vlogen, wat door passanten niet altijd als aangenaam wordt ervaren. Toen bleek dat de tros te hoog hing voor een trap, werd de politie geïnformeerd, die doorschakelde naar de brandweer. Deze kwam snel met een vrachtwagen met mannen en ladders. Door de bevelvoerder werd geconcludeerd dat de imker op het dak van de wagen bij de zwerm zou kunnen komen en te rijden tot vlak bij de zwerm. De zwerm werd met een bloemensproeier eerst gekoeld, zodat ze lekker dicht op elkaar kropen. Vervolgens werd de tak afgeknipt waaraan ze hingen.
Deze werd gelegd in een halfhoge korf van stro, kieps geheten. Echter, er bleef nog een aanzienlijk aantal bijen rond die plek in de boom achter. De kieps werd onder hen geplaatst en met een ruk aan de boomtak vielen ze in de kieps. De vrachtwagen werd daarop van de boom weg gereden, zodat de imker met de korf kon afdalen. Hij plaatste de kieps met de open kant naar beneden op een ruim vierkant stuk doek met een blokje onder de rand; zo konden bijen door die open ruimte onder de korf zich bij hun vrienden voegen.
De geur door de koningin verspreid, het zogenaamde feromoon, lokte in de paar uur daarna alle nog vliegende bijen onder kieps. Rond zes uur heeft de imker de kieps opgedoekt – het blokje werd verwijderd, het doek werd aan de punten omhoog geslagen en vastgezet met een soort haarpennen – en in de auto meegenomen naar een definitieve woning. Daar zullen ze rest van het seizoen verblijven, dat wil zeggen: bijen leven maar ongeveer 6 weken en de koningin maximaal 5 jaar. Door de zwerm te vangen, zijn er voor de imker geen bijen verloren gegaan en kunnen ze toch allemaal aan het werk om honing te halen.