Wat kunt u doen in het broedseizoen

Naaldwijk 23.03.2024 – En weer hadden we een (te) warme winter. Daardoor zijn sommige soorten vogels en dieren al extra vroeg met de voortplanting bezig.


Wat kunnen wij mensen doen om hen te helpen succesvol te zijn? 2024 is het jaar van de huismus, een mooie reden hier extra aandacht aan te geven.


Huismus man en vrouw bij hun nest onder een dakpan

Alle vogels zijn beschermd als ze nestelen!
Wist u dat alle wilde vogels en hun nesten in Nederland beschermd zijn als ze een nest maken of broeden of jongen hebben. De Wet Natuurbescherming regelt dit. Verstoren of verwijderen van nesten is strafbaar? Wat zegt deze wet zoal?

• Opzettelijk vernielen of beschadigen van nesten, eieren of rustplaatsen van vogels en vleermuizen is verboden. (Dit geldt vanaf het eerste takje tot en met het uitvliegen van jongen.); Het wegnemen van nesten mag uiteraard ook niet (artikel 3. 1 lid 2);
• Rapen en onder zich hebben van eieren van vogels mag niet (artikel 3.1 lid 3);
• Opzettelijk storen van vogels (vleermuizen e.d.) (artikel 3.1 lid 4) is streng verboden.

De wet kent nog veel meer regels. In Nederland is de gangbare wettelijke broedperiode van 15 maart tot 15 juli. Maar door klimaatverandering klopt dit niet meer, het begint vaak eerder en loopt langer door, het verschilt ook per soort.


Door net voor of in het broedseizoen een (hedera) haag of een struik te snoeien is het klaar voor de merel. Predatoren pakken gelijk hun kans, ze eten de eieren of de jongen op.

Waar en wanneer broeden ze?

Sommige soorten maken maar één broedsel, anderen meerdere. Stadsduiven, Turkse tortels en houtduiven kunnen (bijna) het hele jaar broeden. Huismussen maken ook meerdere broedsels, dat doen eenden en meerkoeten ook. Er zijn soorten die al begin februari broeden, anderen nog in augustus. De wettelijke broedperiode is dus niet meer toereikend. Actieve nesten zijn altijd beschermd. Zelfs op uw balkon of dakterras moet u een broedende vogel met rust laten.


Een meerkoet is een opportunist, deze broedt in een woonwijk in een bootje; rustig laten zitten. Weet dat de jongen na het uitkomen nog terugkomen op het nest.

Vroegbroeders zoals de blauwe reiger, bosuil, kerkuil, steenuil, ooievaar, aalscholver, ijsvogel en de koolmees, sommige ganzen (nijlgans) en de fuut, broeden vaak al begin februari. Maar dit jaar zagen we ook al koolmeesjes in februari nesten maken, dat is echt foute boel want ze zijn afhankelijk van rupsen.

Lente- en zomerbroeders broeden van maart tot en met juli en soms tot in augustus. Watervogels broeden tussen het riet, in de slootkant of maken een drijvend nest, een wilde eend zit soms in een knotwilg. In februari zijn sommigen al volop bezig. Daarom onbegrijpelijk dat het riet soms nog medio februari wordt gemaaid!


Huismussen komen pas als uw tuin voldoet aan: voedsel, veiligheid (dichte bomen en struiken), broedgelegenheid en er moeten partners zijn. Graag ook een zandveldje en water.

Zangvogels, kiezen het vaak struikgewas, een heg en soms een hoge (holle) boom. Nesten van de ekster, buizerd, kauw of kraai zitten bijna altijd in een boomtop, we noemen het dan ook boomtopbroeders. Juist struiken en hoge bomen zijn er steeds minder in mijn eigen leefomgeving, Westland, waardoor steeds meer soorten onder druk komen. Oude bomen zijn cruciaal voor de biodiversiteit, maar dan moet je ze niet kappen!


Het nest van een ekster, kraai, roek, reiger of roofvogel zit vaak in hoge bomen

Dakbroeders; gierzwaluw en huismus

Extra zorg is nodig voor jaarrond beschermde soorten en hun nestplekken zoals de gierzwaluw en huismus. Deze soorten leven onder daken, in spleten en gaten in de gevel, we noemen het ook wel dakbroeders. Er is toenemend verlies van nestplekken omdat nieuwbouw potdicht zit en oudere huizen worden verduurzaamd. En met vogelschroot worden dakpannen ontoegankelijk gemaakt. Door isolatiewerkzaamheden aan daken en muren zijn deze soorten in groot gevaar, ze verliezen hun leefplek en nemen daardoor in aantal af. De huismus is al ca. 50 % minder. En de gierzwaluw volgt in hoog tempo. We doen er vaak alles aan om maar geen vogels te hebben!


De gierzwaluw maakt ook gebruik van een spleet tussen de muur en het dak.

Vleermuizen
Sommige soorten vleermuizen, het is een zoogdier, leven in (holle) bomen. Er zijn ook vleermuizen die in een holle spouwmuur hun jongen grootbrengen, die vleermuizen zie je bij zonsondergang bij je huis of in de straat vliegen. Juist zij zijn vaak de dupe van spouwmuurisolatie, temeer omdat ze met velen samen een kraamkolonie vormen.

Bewoners en isolatie- en zonnepanelenbedrijven dienen eerst onderzoek te doen om te voorkomen dat vleermuizen, huismussen of gierzwaluwen worden gedood of verdreven. Ook het dichtmaken van nestingangen is strafbaar. De boete kan wel 10.000 Euro bedragen of maanden gevangenisstraf.

Broeders op het platte dak

Steeds vaker zien we dat vogels op een plat (grint)dak gaan broeden, zoals scholeksters, duiven en meeuwen. Ze worden in natuurlijke broedgebieden, zoals de duinen, verdreven door recreatie en door honden, katten en vossen. Ook voor hen nemen natuurlijke broedplekken af. Met de scholekster gaat het helaas ook niet goed. 2023 was daarom het jaar van de scholekster. Sommige mensen vinden het geluid van vogels vervelend en verzet groeit ook hier om ze te verdrijven. De mens is helaas weinig tolerant naar de natuur.


De prachtige scholekster. Ook vliegend een juweeltje

Kappen en maaien in het broedseizoen

Kappen of maaien in het broedseizoen gebeurt, maar mag niet zomaar. Meestal is er een omgevingsvergunning nodig, zeker voor kappen van bomen of bosperceel. Vaak gelden aanvullende regels, al is er soms ontheffing mogelijk, maar er moet dan wel vooraf aan werkzaamheden nauwkeurige ecologische controle plaatsvinden door daartoe bevoegde personen zoals een ecoloog van de gemeente.

Het is moeilijk de vaak goed verstopte nesten te vinden. Ook bomen of struiken vlak bij nesten mag je niet zomaar kappen of snoeien. Het snoeien van een haag mag alleen als er beslist geen nesten in zitten. Maaien van rietkragen in februari kan sommige watervogels al verstoren in het broedproces. Niet alleen bij gemeenten, maar ook bij particulieren zien we ondoordacht snoeien of zelfs verwijderen van struiken terwijl de vogels al actief zijn. Vergeet ook niet te letten op grondbroeders welke hun nesten vaak slim verstoppen tussen graspollen, denk aan de grutto en kievit, de graspieper en de tapuit. Ook deze soorten zijn vaak slachtoffer van katten, vossen en de intensieve landbouw.

Echter ook wordt in weidevogels erg veel vergif gevonden. In onze nationale vogel de grutto werd in 2023 wel 49 soorten gif gevonden, nou dan ga je uiteindelijk wel dood. In het water en de bodem zit Pfas en in een regenwatermonster in Naaldwijk zaten meer dan 35 soorten bestrijdingsmiddelen. Niet vreemd dat sinds 1970 van veel soorten er al ca. 68% minder zijn!

Zorgplicht en gedragscode

Gemeenten, bedrijven, maar ook burgers hebben zorgplicht voor de natuur, voor vogels en dieren en hun leefomgeving. Vaak wordt hieraan niet voldaan en er is weinig of geen controle op werkzaamheden.

Vooral het na-isoleren van muren, dakverandering, sloop of verbouwing, kan rampzalig zijn. Hier zouden gemeenten actiever eisen moeten stellen en controles uitvoeren, de wet verplicht hen dat ook te doen, maar economie vindt men toch net belangrijker! We zien dat niet alleen bij veel gemeenten, ook landelijk, zo is de broodnodige Natuurherstelwet onder de lobby van de agro-industrie naar de prullenbak verwezen. Je mag dat gerust een sociaal dieptepunt noemen! Veel gemeenten en organisaties werken volgens een gedragsode natuurbeheer, bijvoorbeeld van Stadswerk. Dit moet wel in de hele organisatie zijn doordrongen en men moet het ook serieus toepassen en controles uitvoeren. Dat gebeurt dus te weinig. Het volgen van de gedragscode van Stadswerk betekent ook dat aan de zorgplicht wordt voldaan, maar vrijstellingen voor onderhoud zijn mogelijk.

Ondanks de goede bedoelingen van veel ambtenaren, wethouders en uitvoerende bedrijven is er nog veel verbetering nodig om een natuurvriendelijke gemeente te worden waarbij natuurinclusief bouwen, verbouwen en beheren en dus onze zorgplicht centraal staat.


Jonge koolmees vlak na het uitvliegen in mijn eigen tuin

Vooral de gemeenteraad, bouwbedrijven, projectontwikkelaars en woningcorporaties hebben hierin een belangrijke taak. Het gaat uiteindelijk eenieder aan dat er een gezonde leefomgeving ontstaat waarin in harmonie wordt samengeleefd met de natuur. Helaas gaat de staat van de natuur en de biodiversiteit voor heel veel soorten nog steeds achteruit, al zijn er ook soorten waar het goed mee gaat zoals ganzen. Toch is het een voor twaalf met de natuur.


U kunt veel doen door uw tuin op een natuurlijke wijze in te richten

Een paar tips:

1. Maak geen steentuin, maar een natuurvriendelijke tuin, met inheemse planten, liefst ook wat water en vooral met struiken, bomen en schuilplekken. Hebt u meer dan 35% steen in de tuin, verander dit dan naar een mooie groene tuin. Kies voor een mix van soorten die opeenvolgend bloeien, bessen maken, zodat er voedsel is voor insecten en dus ook eten voor vogels. Koop alleen tuinaarde zonder veen erin. Koop ook alleen biologisch geteelde planten en bollen, want het gif dat bij de teelt wordt gebruikt dood een insect, een honingbij bijna direct. Spuit zelf ook geen vergif in de tuin en gebruik geen Roundup om ongewenste onkruiden te doden. Vergiftigde rupsen gevoerd aan de jonge vogels hebben de dood als gevolg.

2. Maak géén verlichting in de tuin, zeker de omhoog stralende lampen zijn slecht voor insecten en trekvogels. Hou het bij omlaag stralende lampen voor veiligheid van het pad. Mijn eigen gemeente Westland is al de lichtste plek op aarde, maar toch komt er steeds meer licht bij.

3. Probeer met buren (de buurt) te komen tot een natuurvriendelijke groene omgeving. Samen met openbaar groen kan er een goede omgeving ontstaan voor insecten, vogels, egels en vleermuizen en wie weet ziet u straks weer eens een uil.

4. Kies voor een natuurlijke erfafscheiding, een heg of haag van minstens 40 cm dik, bijvoorbeeld van haagbeuk, liguster of een gemengde haag. Ook een hederahaag, mits dik genoeg (niet die geschoren stalen hekken) en met kans op bloem en vrucht is ideaal voor insecten en dus voor vogels.

5. Met planten begroeide gevels zijn vaak geliefd bij diverse kleine vogeltjes, maar ook bij de merel.

6. Hang nestkastjes op voor verschillende soorten: vleermuis, huismus, koolmees, pimpelmees e.d. Hang ze niet in de zon en op een plek waar de kat er niet bij kan. 7. Zet de robotgrasmaaier in de avond en nacht altijd uit, jonge egeltjes worden anders tot moes vermalen.

8. Hou de poes tijdens het broedseizoen (vooral in de avond en nacht) binnen. Wist u dat alle katten samen in Nederland wel 40 miljoen vogeltjes doden!

9. Brood voeren is echt leuk, maar het is ongezond voedsel, dus liever niet doen.

10. Een natuurlijke tuin, een groene gevel, dakgroen, rommelhoekjes in de tuin, struiken en bomen, zo lokt u vogels naar uw tuin.


Een mooie groene gevel met Hedera, goedkoop en effectief

Wilt u mee op vogelexcursie of zelf actief iets doen in de bescherming, wilt u meer weten, vraag eens bij Natuurlijk Delfland (KNNV) Links: Beleef de lente en volg vogels tijdens het broedproces

https://www.vogelbescherming.nl/beleefdelente

Veelgestelde vragen wet- en regelgeving | Vogelbescherming

gedragscode wet natuurbescherming stadswerk – Zoeken (bing.com)

Gedragscodes natuurbescherming (rvo.nl)

Werkzaamheden tijdens het broedseizoen: mag dat?

OZHZ Huismus | Vogelbescherming Broedseizoen: kappen met kappen? 

Vogelbescherming Wet Natuurbescherming: wat zegt de wet? | Milieu Centraal

Meer nieuws uit
Zoeken