Westlanden 26.10.2015 – In de week 19 oktober van 25 oktober kwamen er ongeveer 1.600 asielzoekers naar Nederland.
Dat zijn er 600 minder dan de week daarvoor. Toen kwamen er 2.200 asielzoekers naar Nederland. Het is nog te vroeg om op basis van deze daling conclusies te trekken over de ontwikkeling van de asielinstroom. Die blijft moeilijk voorspelbaar. We hebben immers ook allemaal de beelden van grote aantallen asielzoekers op de Balkan gezien.
De instroom van asielzoekers die een plek in een opvanglocatie nodig hebben is veel groter dan het aantal mensen met een verblijfsvergunning – vergunninghouders – dat uit de opvang doorstroomt naar huisvesting in een gemeente. Hierdoor blijft de behoefte aan opvangplekken groeien. Er zijn vooral grootschalige noodopvang en crisisnoodopvangplaatsen nodig in bijvoorbeeld sporthallen die enkele weken of maanden in plaats van enkele dagen beschikbaar zijn.
De grootste prioriteit is echter om de doorstroom van vergunninghouders van de opvang naar huisvesting in gemeenten te versnellen. Dan kan de opvang weer worden gebruikt waarvoor hij is bedoeld: de opvang van asielzoekers. Gemeenten hebben toegezegd dat ze zich in het komende half jaar inzetten om 10.000 vergunninghouders tijdelijk te huisvesten in panden die zonder verbouwing in gebruik kunnen worden genomen, zoals leegstaande verzorgingshuizen.