Den Haag 03.06.2019 – Zowel werkenden als niet-werkenden kunnen straks een persoonlijk ontwikkelbudget voor scholing en ontwikkeling aanvragen.
Zij kunnen dat inzetten om bijvoorbeeld een MBO-diploma te halen, maar ook om een sector-erkend certificaat te halen of om een cursus te volgen. Het doel is dat meer mensen zich gaan ontwikkelen tijdens hun loopbaan, en dat ze zo beter inzetbaar blijven op de arbeidsmarkt. Dat schrijven minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en minister Van Engelshovenvan Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan de Tweede Kamer.
De arbeidsmarkt verandert in een rap tempo. Door digitalisering en globalisering komen er nieuwe banen bij, en andere verdwijnen juist. Om goed inzetbaar te blijven op de arbeidsmarkt, is het belangrijk dat mensen zich hun leven lang blijven ontwikkelen. Mensen die in een krimpberoep werken kunnen zich laten omscholen naar een nieuwe baan. Zij kunnen zo voorkomen dat ze op den duur ontslagen worden. Maar er zijn ook veel werkgevers die staan te springen om personeel met up-to-date vaardigheden, zoals in de ICT-sector. Bovendien kan leven lang ontwikkelen mensen in zware beroepen helpen om van baan te wisselen en zo op een fitte, gezonde manier de AOW-leeftijd te bereken.
Nederland doet het internationaal gezien al goed op het gebied van leven lang ontwikkelen. Desondanks laat nog niet iedereen zich regelmatig bijscholen. Het kabinet wil dat meer mensen de weg vinden naar financiering voor leven lang ontwikkelen. Daarom vervangt het kabinet de fiscale scholingsaftrek met het STAP-budget (Stimulans ArbeidsmarktPositie). Daarmee kunnen zo’n 100.000 tot 200.000 mensen per jaar aanspraak maken op een persoonlijk ontwikkelbudget van €1000 tot €2000 per persoon.
Wie een opleiding wil doen, hoeft zich straks alleen online aan te melden voor het STAP-budget en aan te geven welke opleiding hij of zij wil volgen. Een breed scala aan opleidingen en cursussen komt daarvoor in aanmerking. Na goedkeuring van de aanvraag wordt het budget direct uitbetaald aan de opleidingsinstelling en kan de aanvrager van start gaan met de opleiding. Daardoor is het STAP-budget toegankelijk en eenvoudig in gebruik, en moet tegelijkertijd misbruik tegengaan.
Minister Koolmees: “Het is belangrijk dat mensen regelmatig nadenken over de toekomst van hun werk. En dat ze daarmee aan de slag gaan. Dat moet vanzelfsprekend worden. Dat is niet alleen nodig voor de arbeidsmarkt – het is ook heel leuk om nieuwe dingen te leren en nieuwe dingen te doen.” De mensen die het meeste baat hebben bij bijscholing zijn helaas vaak ook de mensen die er het minst gebruik van maken. Denk aan flexwerkers, werkzoekenden en werkenden in krimpberoepen, zoals verkoop- en administratief medewerkers. Zij lopen het hoogste risico om werkloos te worden of langdurig te blijven. Om deze mensen te bereiken, kijken ministers Koolmees en Van Engelshoven of zij een laagdrempelig, onafhankelijk adviesgesprek mogelijk kunnen maken. Een loopbaanadviseur kan mensen helpen om te bepalen welke opleiding nuttig is voor hun carrière. Het SCP adviseerde onlangs het kabinet om maatwerk te bieden bij leven lang ontwikkelen.
Iedereen komt in aanmerking voor het STAP-budget, waarbij wel wordt gekeken of iemand niet al recht heeft op studiefinanciering of andere vormen van publieke financiering van onderwijs. Bovendien geldt dat als het totale budget al is uitgeput, nieuwe aanvragen die periode niet meer zullen worden toegekend.
Ongeveer 1,3 miljoen werknemers hebben nu al, via cao-afspraken, recht op een individueel ontwikkelbudget. Maar lang niet iedereen maakt daar gebruik van of kan daar gebruik van maken. Koolmees en Van Engelshoven werken daarom ook aan een digitaal overzicht waar iemands individuele scholingsmogelijkheden staan. Zo krijgen mensen beter inzicht in hun eigen mogelijkheden. Ook gaan ze de belastingregels rondom private leerbudgetten verduidelijken. En de ministers werken aan een flexibeler opleidingsaanbod, zodat een opleiding beter te combineren is met werk en privé.
Minister Van Engelshoven: “Waar vroeger je diploma je eindstation was, is het nu juist het beginpunt van een leven lang leren en ontwikkelen.”