Celstraf en taakstraf na gooien vuurwerk in Anne Frankschool

Den Haag 13.06.2024 – De rechtbank Den Haag heeft een 19-jarige verdachte veroordeeld voor het laten ontploffen van illegaal vuurwerk bij de Anne Frankschool in Den Haag.


Dat gebeurde op 1 januari 2024. De verdachte krijgt een celstraf opgelegd van 12 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk. Ook legt de rechtbank hem een taakstraf op van 200 uur en moet de verdachte een schadevergoeding betalen van ruim 4.000 euro.

Ontploffing
De verdachte heeft in de vroege uren van de nieuwjaarsnacht samen met anderen voor een explosie gezorgd en brand gesticht. Hij gooide een aangestoken stuk Cobra-vuurwerk dat vastzat aan een fles met brandbare vloeistof door een gebroken raam in de OBS Anne Frank. Deze brandbom belandde in de directiekamer. Later werd op de telefoon van de verdachte een video aangetroffen waarin te zien is hoe het raam wordt ingegooid waarna de verdachte de brandbom naar binnen werpt. Ook is te zien hoe de verdachte achteruitloopt om de explosie en de hierdoor veroorzaakte brand te filmen. De explosie en de brand zorgden voor aanzienlijke materiële schade aan de school.

Dezelfde nacht ontstond ook elders in de basisschool schade waarvoor de verdachte niet verantwoordelijk wordt gehouden. De totale schade aan de school bedroeg ongeveer 75.000 euro.

Oordeel rechtbank
De rechtbank oordeelt dat de verdachte met zijn handelen geen enkel respect voor andermans eigendommen heeft gehad. Dit soort feiten zorgen voor gevoelens van angst en onveiligheid in de maatschappij. Uit de verklaringen van getuigen blijkt dat de gebeurtenis veel impact op de buurt heeft gehad, juist omdat het een school betrof. Voor de directe betrokkenen en in het bijzonder de scholieren, behoort een school bij uitstek een plaats te zijn waar in een veilige omgeving onderwijs gegeven en genoten kan worden. Door zijn handelen heeft de verdachte dit gevoel van veiligheid ernstig aangetast. De rechtbank rekent dit alles de verdachte zwaar aan.

Bij het bepalen van de straf weegt de rechtbank mee dat de verdachte uiteindelijk open heeft verklaard over het door hem gepleegde feit. Ook de jeugdige leeftijd van de verdachte weegt in zijn voordeel mee. Dit maakt dat de rechtbank een lagere gevangenisstraf oplegt dan de eis van de officier van justitie: een celstraf van 24 maanden waarvan 8 maanden voorwaardelijk. Daarbij acht de rechtbank het van groot belang dat de verdachte zijn opleiding kan oppakken om zodoende te kunnen werken aan een positieve toekomst. Aan de straf verbindt de rechtbank verschillende voorwaarden, zoals het vinden van een zinvolle dagbesteding. De verdachte moet daarnaast ook nog een taakstraf van 200 uur verrichten.

Ook moet de verdachte een vergoeding betalen voor schade die aan de school is ontstaan. Omdat de verdachte niet verantwoordelijk is voor de gehele schade, moet hij alleen een vergoeding betalen van de schade aan de directiekamer die de verzekering niet vergoedt. De rechtbank heeft dit berekend op een bedrag van ruim 4.000 euro.

Meer nieuws uit
Zoeken