‘s-Gravenhage 13.10.2023 – De burgemeester van de gemeente Den Haag mag zelf blijven beslissen over de inzet van het waterkanon bij toekomstige demonstraties van Extinction Rebellion (XR) waarbij de Utrechtsebaan/A12 wordt geblokkeerd.
Beperkingen worden de burgemeester niet opgelegd. Dat volgt uit een uitspraak in kort geding van de rechtbank Den Haag. Stichting Vrienden van XR had dit kort geding aangespannen.
Inzet waterwerper
XR heeft vanaf 2022 diverse keren vreedzaam gedemonstreerd op de Utrechtsebaan/A12 in Den Haag en daarbij de weg geblokkeerd. Sinds 9 september deed XR dit dagelijks. De burgemeester van Den Haag heeft aan de voorgenomen demonstraties van XR beperkingen opgelegd, waardoor demonstreren op de Utrechtsebaan/A12 verboden is. Bij de demonstraties is telkens sprake geweest van politieoptreden dat erop was gericht de Utrechtsebaan/A12 vrij te maken. Demonstranten is telkens eerst (meermaals) verzocht en daarna gevorderd te vertrekken naar de voor de demonstratie aangewezen locatie. Op een aantal dagen is – na waarschuwing vooraf – de waterwerper ingezet om ervoor te zorgen dat demonstranten alsnog zouden vertrekken.
Stichting Vrienden van XR vindt de inzet van waterwerpers onrechtmatig en wil dat de inzet wordt verboden of beperkt.
Oordeel rechtbank
De voorzieningenrechter oordeelt dat de burgemeester de bevoegdheid heeft de waterwerper in te zetten als onderdeel van het politieoptreden dat erop is gericht om de Utrechtsebaan/A12 vrij te maken. Er zijn wel grenzen aan die bevoegdheid. Het gebruik van de waterwerper moet bijvoorbeeld proportioneel zijn en de inzet moet passen bij het doel: het aansporen van aanwezigen de locatie te verlaten. Incidenteel werd de waterwerper ingezet op een wijze die niet spoorde met het gehanteerde beleid. Zo is op 23 september een te harde straal op een aantal demonstranten gericht in plaats van op het wegdek. Maar de rechter komt desondanks tot het oordeel dat er geen grond is voor ingrijpen.
Als de rechter de bevoegdheid van de burgemeester zou inperken, dan wordt ingegrepen in de beoordelingsvrijheid die de burgemeester heeft bij de inzet van dit middel. Dat kan alleen als vooraf voldoende aannemelijk is dat toekomstig gebruik van dit middel onrechtmatig zal zijn. Dat is hier niet gebleken, oordeelt de voorzieningenrechter. De inzet van de waterwerper is tot nu toe ook niet in strijd met het recht op vrijheid van demonstratie. Dit recht is niet onbeperkt. De inzet van de waterwerper op bevel van de burgemeester was in overeenstemming met de wet en kon in deze omstandigheden als passend worden beschouwd, enkele incidenten uitgezonderd.