Den Haag 31.01.2019 – Het geluid van ontelbare sirenes en een helikopter leidde op 27 augustus vorig jaar tot consternatie in Naaldwijk.
Op de Verdilaan liep een man schreeuwend en zwaaiend met een mes. Terwijl omstanders gehaast een veilig heenkomen zochten in de nabije supermarkt, schoot de politie de man uiteindelijk neer. Donderdag stond hij voor de rechter.
De man met het mes werd die avond door meerdere agenten aangehouden, waarbij de agent die als eerste arriveerde de leiding nam. Hij riep meerdere keren dat de man het mes moest laten vallen, richtte zijn wapen, loste waarschuwingsschoten toen de man op hem af kwam.
Op enig moment voelde hij zich genoodzaakt gericht te schieten, toen de man met versnelde pas op hem af kwam. De agent verklaarde later dat hij bang was dat de man hem zou neersteken. ‘Ik heb als agent mijn werk gedaan,’ zei hij, ‘maar voelde me als mens heel fragiel. Je wilt niet schieten op mensen.’
Gevlucht uit Syrië
De 28-jarige man was een aantal jaren eerder gevlucht uit Syrië. Nadat hij van de Middellandse Zee was geplukt belandde hij na wat omzwervingen eind 2013 in Zweden. De rest van zijn familie vestigde zich in Naaldwijk. Maar de laatste maanden ging het niet goed, verklaren zijn vader en broer. Hij dacht bijvoorbeeld dat hij via schemerlampen werd bespioneerd. Ze waren al bij verschillende dokters geweest vanwege psychische problemen. En hij woonde de laatste maanden bij zijn familie in Naaldwijk, zodat er permanent iemand bij hem kon zijn.
Op die avond was hij met ruzie het huis uit gegaan. Zijn broers wilden niet dat hij naar buiten zou gaan, waarop verdachte een ruit had gebroken en alsnog de straat op ging. Zijn broers zijn hem toen maar gevolgd en belden de politie direct toen hij uit het niets een mes tevoorschijn haalde. Met hulp van een politiehond, die een arm greep, kon de man worden aangehouden.
Over die avond verklaarde hij dat hij de situatie niet begreep. Toen de agenten hun wapens trokken, dacht hij dat ze hem wilden vermoorden. Hij verstond hun bevelen niet en voelde zich aangevallen.
Niet aan te rekenen
De verdachte is door een psycholoog en psychiater onderzocht. Beiden schrijven dat de man leidt aan een paranoïde psychotische stoornis, die zijn gedrag voor een groot deel, zo niet volledig, bepalen. Zij stellen dan ook dat hij niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor zijn handelen die avond. Ze noemen hem volledig ontoerekeningsvatbaar.
Het Openbaar Ministerie neemt die conclusie van de rapporteurs over. Volgens de officier van justitie is de man schuldig aan het bedreigen van de agent en een poging tot zware mishandeling, maar kan hem dat niet worden aangerekend. Hij zou derhalve geen straf moeten krijgen. Wel eist het Openbaar Ministerie dat een maatregel wordt opgelegd, te weten opname in een psychiatrisch ziekenhuis.
Geen terroristisch motief
Het Openbaar Ministerie heeft in deze zaak onderzocht of sprake kon zijn van een terroristisch motief. Daarvan is niets gebleken. Er is onder meer huiszoeking gedaan in zijn huis in Zweden, er zijn gesprekken gevoerd met familieleden en bekenden, maar uit niets blijkt dat de verdachte die avond in Naaldwijk een plan had.
Sommige getuigen schrokken vooral toen de man ‘Allah Akhbar’ riep en dachten dat hij een aanslag wilde plegen. Maar de verdachte had daarvoor vandaag op zitting een simpele verklaring. ‘Dat is gewoon iets wat een moslim zegt als hij overlijdt. En ik dacht dat ze me kwamen vermoorden.’
Rijksrecherche
Naar de aanhouding en het toegepaste geweld door de agenten is onderzoek gedaan door de Rijksrecherche, zoals gebruikelijk bij dergelijke incidenten. Dit is een apart onderzoek onder leiding van een andere officier van justitie. Dit onderzoek is afgerond.
Naar het voorlopig oordeel van het Openbaar Ministerie hebben de betrokken agenten rechtmatig gehandeld. Het is een voorlopig oordeel, omdat de intern verplichte eindtoets door de Adviescommissie Politieel Vuurwapengebruik nog moet plaatsvinden.