Strafrecht voor lijkschennis aangescherpt

Den Haag 13.06.2023 – Seksuele gedragingen met overleden personen wordt strafbaar. Het huidige recht biedt onvoldoende bescherming tegen strafwaardige lijkschendende gedragingen


en daarom wordt het wettelijk kader aangepast.

Het gaat daarbij met name om een zelfstandige strafbaarstelling van de fysieke aantasting van een lijk, necrofilie en het maken van afbeeldingen van seksuele aard van een overleden lichaam. Dat schrijven de ministers Yeşilgöz-Zegerius van Justitie en Veiligheid en Bruins Slot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in een brief aan de Tweede Kamer.

Op verzoek van de toenmalig minister van Justitie en Veiligheid heeft het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) onderzoek gedaan naar de strafbaarstelling van lijkschennis. Het gaat dan bijvoorbeeld om het wegmaken en/of verbergen van een lijk ter verheling van de doodsoorzaak, fysieke aantasting van een lijk; het verrichten van seksuele gedragingen met een lijk (necrofilie), het (ver)kopen van (delen van) een lijk of het maken van afbeeldingen of nemen van vingerafdrukken van een lijk.

De onderzoekers komen tot de conclusie dat het gestorven lichaam een bijzondere juridische status en beschermwaardigheid kent. Hoewel er juridische oplossingen zijn gevonden om lijkschennis te vervolgen, is de minister net als de onderzoekers van mening dat een strafzaak op basis van artikel 350 van het wetboek van Strafrecht niet passend is bij het leed dat wordt aangedaan en het respect dat het overleden lichaam verdient. Artikel 350 staat beschreven dat het vernielen, beschadigen en onbruikbaar maken van een goed dat aan een ander toebehoort, strafbaar is gesteld.

In januari dit jaar heeft de tweede Kamer de regering verzocht om necrofilie als misdrijf op te nemen in het Wetboek van Strafrecht en om fysieke aantasting van een lijk zelfstandig strafbaar te stellen.

Meer nieuws uit
Zoeken