Collegevragen inzake WMO huishoudelijke hulp

Westland 05.05.2020 – Veel discussie is er geweest in de commissie MO en de Gemeenteraad over de inzet van huishoudelijke hulp


vanuit de WMO met het uitgangspunt een schoon huis. Resultaat telt en uren tellen niet meer. Dat is de keuze die er door de raad is gemaakt en welke steeds door de wethouder is verdedigd.

De fractie van LPF Westland vindt ook een schoonhuis belangrijker dan de inzet van een aantal uren waardoor er geen garantie is op een schoon huis. Met resultaat gericht werken is die garantie er wel.

Verbaast zijn wij dan ook het antwoord van het college te lezen op een vraag van de Adviesraad Sociaal Domein Westland, 

vraag: Diverse normeringen in het normenkader zijn te krap bemeten.

Antwoord: Pas als een WMO-cliënt in bezwaar komt tegen een beschikking en de cliënt, zorgaanbieder en de gemeente komen er niet in onderling overleg uit, dan wordt het normenkader gehanteerd en wordt er in uren geïndiceerd. 

Dit zou betekenen dat er ondanks dat er niet in uren wordt geïndiceerd dit toch wel mogelijk blijkt. Dit antwoord geeft verwarring en vraagt om nadere uitleg.

De fractie van LPF Westland heeft de navolgende vragen:

– Kan het college uitleggen hoe het mogelijk is dat er bij de aanvraag huishoudelijke hulp vanuit de WMO het alleen mogelijk is om op kwaliteit te indexeren? 

– En als er een bezwaar is waar cliënt, zorgaanbieder en de gemeente er in onderling overleg niet komen het normenkader word gehanteerd en er wel in uren kan worden geïndiceerd?

Wij verzoeken u deze vragen te beantwoorden,  maximaal binnen de daarvoor gestelde termijn.

Namens de Fractie van LPF Westland

André van der Meer

Jolanda Suijker

 

Meer nieuws uit
Zoeken