Drie casussen van door ODH verschuldigde dwangsommen

Westland 18.12.2021 – Op 19 oktober jl. hebben B&W vragen ontvangen van de fractie Westland Verstandig over de door de ODH verschuldigde dwangsommen.


Inleiding
Steeds vaker komen inwoners bij de burgerkantoren van WV met documenten waaruit blijkt dat ODH te laat beslist op verzoeken om handhaving. Het lijkt alsof dat structureel gebeurt. Dit betekent dat er steeds dwangsommen betaald moeten worden hetgeen natuurlijk fijn is voor onze inwoners maar toch niet geheel sterk overkomt omdat niet op tijd een besluit genomen is kunnen worden. Het gaat dan vaak om handhavingsverzoeken.

Ingevolge artikel 42 van het Reglement van Orde informeren zij u als volgt.

Vraag 1
Kan het College een overzicht geven van de besluiten die genomen zijn door ODH en waarin dwangsommen zijn toegekend aan onze inwoners?

Antwoord 1
In zaken waarin ODH namens ons college van burgemeester en wethouders een besluit heeft genomen is eenmaal besloten tot toekenning van een dwangsom wegens niet -tijdig beslissen. Dit besluit is genomen in verband met een beslissing op een verzoek om handhaving dat was gericht tegen een bedrijf in ’s -Gravenzande (2021). Verder is tweemaal in een rechterlijke uitspraak (2018 en 2019) een dwangsom wegens niet tijdig beslissen toegekend.

Vraag 2
Wie betaalt uiteindelijk die dwangsommen: is dat ODH of is dat Gemeente of via ODH toch weer de Gemeente omdat de Gemeente met ODH een dienstverlenersovereenkomst heeft gesloten danwel onderdeel uitmaakt van de gemeenschappelijke regeling?

Antwoord 2
ODH betaalt de dwangsom aan de rechthebbende. De begroting van de ODH is opgebouwd uit bijdragen van de deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling, waardoor de door de ODH gemaakte kosten uiteindelijk door de deelnemersbijdragen worden gedekt.

Meer nieuws uit
Zoeken