Westland 09.06.2023 – Op 30 maart heeft het college vragen ontvangen van de fractie LPF Westland inzake het weigeren van flexwoningen door statushouders.
Ingevolge artikel 42 van het Reglement van Orde informeren zij u als volgt.
Inleiding
Al vanaf de aankondiging van de “Westlandse Flexroute”, is LPF Westland géén voorstander van dit concept. Deze flexroute is slecht voor de (échte) Westlandse woningzoekenden en geeft groen licht aan nog méér statushouders in Westland en geeft ze voorrang op de Westlandse (huur)huizen.
Mede om die reden hebben wij ook tegen de aankoop van het Fletcher hotel gestemd, welke een belangrijk onderdeel maakt van de Westlandse flexroute. Daarnaast zijn tot nu toe ook alle locaties voor flexwoningen die dit college van WV, GBW en VVD heeft voorgesteld door zowel coalitie als oppositie al afgeschoten, omdat ze slecht en niet goed doordacht zijn.
Ook onze buurgemeente Rijswijk heeft een soortgelijke flexroute. Zij huren een hotel voor statushouders, die daarna moeten doorstromen naar flexwoningen én daarna ook nog eens moeten doorstromen naar onze de reguliere huizen. Echter in Rijswijk zijn er nu al statushouders die weigeren vanuit het hotel naar de flexwoningen te gaan en eisen dat ze gelijk een woning krijgen. Ze hebben hiervoor inmiddels al een advocaat in de arm genomen en willen door een urgentieverklaring alsnog een woning afdwingen.
Dit brengt de fractie van LPF Westland tot de volgende vragen:
Vraag 1
Is het college op de hoogte van de perikelen in buurgemeente Rijswijk?
Antwoord 1
Ja
Vraag 2
Hoe denkt het college te voorkomen dat ook hier statushouders weigeren door te stromen naar de flexwoningen en kunnen zij de flexwoningen ook in Westland weigeren?
Antwoord 2
Wij kunnen niet voorkomen dat statushouders een woning weigeren. De statushouders krijgen eenmalig een bij hun huishoudensamenstelling passende woning aangeboden. Deze eenmalige aanbieding mogen ze dus niet weigeren. Wordt door de betreffende statushouder(s)een passende woning onterecht geweigerd (zoals in de casus van Rijswijk) dan dienen deze statushouders de opvang (in ons geval het hotel) te verlaten en zelf voor de eigen huisvesting te zorgen.
Vraag 3
Kan de wethouder aangeven dat, zoals hij de statu shouders zelf noemt, de ‘Nieuwe Westlanders’ géén voorrang krijgen op de reguliere woningmarkt, maar altijd éérst vanuit het hotel naar flexw oningen gaan?
Antwoord 3
Het door u geschetste traject is het traject wat wij met de Westlandse Flexroute voor ogen hebben. Voorwaarde hiervoor is dat zo snel mogelijk voldoende flexwoningen gerealiseerd worden. Echter zolang geen dan wel onvoldoende flexwoningen zijn gebouwd, stromen deze mensen door naar de reguliere sociale huurwoningvoorraad. Statushouders stromen altijd door via het hotel behalve als het nareizigers betreft die in het kader van de gezinshereniging rechtstreeks bij een bestaande statushouder, de zogenaamde referent, worden gevoegd die al passende woonruimte, dus passend voor het gehele hu ishouden, toegewezen heeft gekregen.
Vraag 4
Hoe gaat de gemeente om met de situatie, wanneer statushouders die 6 maanden in het hotel verblijven en dus moeten doorstromen, maar er is geen plek en/of ze willen die plek niet? Blijven ze dan langer in het hotel? Kan/mag dat?
Antwoord 4
In het geval dat er geen passende woonruimte is blijven ze langer in het hotel totdat er aan deze mensen passende woonruimte kan worden geboden. Weigering is niet aan de orde. Als mensen passende woonruimte weigeren raken zij hun recht hierop kwijt en zullen zij het hotel moeten verlaten. Uiteraard kan een statushouder naar de rechter gaan om dit besluit aan te vechten zoals dat in Rijswijk is gebeurd.