Tekst en uitleg B&W over verloop paardensportcentrum de Dijkgraaf

Westland 28.05.2016 – De fractie LPF Westland heeft in april collegevragen gesteld over Paardensportcentrum De Dijkgraaf te Monster.


Ingevolge het bepaalde in artikel 26 van uw “Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de Raad van de gemeente Westland 2013”, beantwoorden zij deze vragen.

Vraag 1

Wat is de huidige actuele status van PSC De Dijkgraaf met betrekking tot de toegezegde handhaving.

Antwoord 1

Op 16 februari jl. hebben wij een handhavingsbesluit genomen, met als doel om de bedrijfsactiviteiten van PSC De Dijkgraaf aan Plaats Langeveld te Monster te beëindigen. Dit hebben wij gedaan door een last onder dwangsom op te leggen. Hierbij is het paardensportcentrum tot 11 mei 2016 de tijd gegeven zelf de bedrijfsactiviteiten te beëindigen. Per week dat de overtreding voortduurt na 11 mei 2016, is de Dijkgraaf ons een dwangsom verschuldigd.

In april heeft De Dijkgraaf ons gevraagd meer tijd te krijgen om de bedrijfsactiviteiten aan Plaats Langeveld te staken, zodat men voldoende tijd heeft om naar een alternatieve locatie te verhuizen. Dit verzoek hebben wij afgewezen. Tegen deze afwijzing en over het handhavingsbesluit is een voorlopige voorziening gevraagd bij Rechtbank Den Haag. Rechtbank Den Haag heeft aangegeven de zaak deze maand nog te willen behandelen, de datum is nog niet bekend. In afwachting van de behandeling en de uitkomst van de voorlopige voorziening, hebben wij de termijn waarin men ons een dwangsom is verschuldigd opgeschort tot een week nadat de voorzieningenrechter uitspraak in de zaak heeft gedaan.

Vraag 2

Kan de wethouder aangegeven waarom er niet gehandhaafd wordt bij een bedrijf wat zich in het geheel niet aan de afspraken houdt met zowel de gemeente als haar buren?

Antwoord 2

Er wordt gesteld dat er niet gehandhaafd wordt, maar wij handhaven wel in deze zaak. Zoals ook in het antwoord op vraag 1 is te lezen, hebben wij 16 februari 2016 een handhavingsbesluit genomen.

Vraag 3

Klopt het dat er op 10 maart 2016 een bezwaarschrift is ingediend op de opgelegde last onder dwangsom?

 

Antwoord 3

Ja, op 10 maart 2016 hebben wij een bezwaarschrift ontvangen van De Dijkgraaf over de opgelegde last onder dwangsom.

Vraag 4

Kan de wethouder bevestigen dat er een aanvraag voor een omgevingsvergunning is ingediend door PSC De Dijkgraaf? Hoe staat de gemeente tegenover deze aanvraag?

Antwoord 4

Het bezwaarschrift dat wij op 10 maart 2016 hebben ontvangen van De Dijkgraaf, omvatte tevens een aanvraag om omgevingsvergunning om langer aan het Plaats Langeveld te Monster gevestigd te mogen blijven. Bij de aanvraag zijn onvoldoende gegevens aangeleverd om het plan inhoudelijk te kunnen beoordelen. De aanvraag zal daarom wegens het ontbreken van voldoende gegevens niet verder behandeld worden.

Vraag 5

Is de wethouder het met LPF Westland eens dat het een vreemde gang van zaken is dat een bedrijf wat zich niet aan de afspraken houdt, toch een omgevingsvergunning aanvraagt?

Antwoord 5

Wij vinden het opmerkelijk dat er een omgevingsvergunning is aangevraagd. Dit niet zozeer omdat een bedrijf zich al dan niet aan de afspraken houdt, maar omdat de afgelopen periode veelvuldig is aangegeven aan De Dijkgraaf dat wij niet wensen mee te werken aan een aanvraag, mocht deze worden gevraagd.

Vraag 6

Kan de wethouder aangeven op welke wijze hij met de buurtbewoners contact houdt over het uitgevoerde gedoogbeleid van de gemeente?

Antwoord 6

Uit deze vraag lezen wij dat u van mening bent dat deze situatie wordt gedoogd. Dit is echter niet het geval. In deze zaak treden wij als gemeente handhavend op, door een handhavingsbesluit op te leggen.

Over deze zaak is afgelopen periode regelmatig contact geweest met direct omwonenden. Dit is telefonisch, per e-mail, mondeling en schriftelijk geweest. De afgelopen periode, maar ook nu nog, trachten wij de omwonenden actief te informeren over wat er speelt in deze zaak.

Vraag 7

Is de wethouder op de hoogte van de geplande activiteiten op 7 mei a.s. en vindt hij dit passen voor een bedrijf wat zich niet aan de regels houdt?

Antwoord 7

Wij waren op de hoogte van de geplande activiteiten op 7 mei 2016. Wij vinden het niet passen dat dergelijke activiteiten worden georganiseerd, terwijl een handhavingsbesluit tegen het bedrijf waar de activiteiten plaatsvinden, is opgelegd ook al is de begunstigingstermijn om de strijdigheid te eindigen op dat moment nog niet verstreken. Het handhavingsbesluit ziet op het handhavend opgetreden tegen de bedrijfsactiviteiten die het paardensportcentrum ter plaatse uitoefent. Aangezien wij tegen het bedrijf handhavend optreden, is het niet redelijk tegen onderdelen van de bedrijfsvoering separaat op te treden. Men is er wel op aangesproken dat wij het organiseren van deze activiteiten niet gepast vinden.

Wij gaan er vanuit uw vragen met deze brief te hebben beantwoord.

Burgemeester en wethouders van Westland,

de secretaris,                       de burgemeester,

M. van Beek

J. van der Tak

 

 

 

Meer nieuws uit
Zoeken