Vraagtekens rondom sociaal huurbeleid in Westland

Westland 24.06.2016 – Herhaaldelijk wordt Westland Verstandig benaderd door inwoners van Westland, voornamelijk vrouwen met kinderen die op


de basisschool zitten, die na een echtscheiding de voormalige echtelijke woning moeten verlaten en zijn aangewezen op de woningcorporaties voor toewijzing van een passende en betaalbare woning.

Het probleem is dan daarbij vaak dat aan de inkomensgrens van circa € 30.000,– niet voldaan wordt, zodat zij niet of nauwelijks in aanmerking komen voor een woning in de normale huurklasse. Ook na een urgentieverklaring levert dat niet het gewenste resultaat op, namelijk het kunnen blijven wonen in de betreffende kern omdat de kinderen daar op de basisschool zitten. In de urgentieverklaring worden zij zoals gebruikelijk verwezen naar de Haaglanden woningmarkt en vervolgens kunnen zij dan op de website kijken welke woningen beschikbaar zijn. In deze maand zijn dat voornamelijk woningen in Den Haag.

Huurders in problemen door huurverhoging en huurharmonisatie

Dit betekent derhalve praktisch dat de betreffende inwoners van Westland met hun jonge kinderen, die al vreselijke problemen hebben, gedwongen worden om naar Den Haag te verhuizen. Als dan ook nog de betreffende vrouw werkzaam is in het Westland, dan zal duidelijk zijn dat verhuizing naar Den Haag niet alleen een sociaal isolement oplevert voor de kinderen en voor haarzelf, maar ook nog betekent dat zij haar baan moet opgeven omdat lange reistijden niet verenigbaar zijn met de gewenste verzorging van de kinderen. Ook overleg met de gemeente levert niets, althans geen tastbaar resultaat op, terwijl toch vaak het zo is dat niet op stel een sprong een woning behoeft te worden geleverd maar wel de zekerheid er moet zijn dat op termijn een betaalbare en passende woning in de betreffende kern wordt aangeboden.

Het laatste geval betrof de woonkern Maasdijk en blijkbaar houdt Vestia structureel de zaak af, terwijl in de Prinsessenbuurt goede woningen aanwezig zijn. Ook in Maasdijk verhoogt Vestia nadat een huurwoning leeg is gekomen de huurprijs zodat die woningen onbereikbaar zijn voor deze doelgroep. In het geval wat zich recent heeft aangediend binnen de fractie is recentelijk een, overigens niet gedateerde, urgentieverklaring gegeven, maar nogmaals die urgentieverklaring leidt niet tot het gewenste resultaat. Mooie woonvisies en woonprogramma’s ten spijt heeft deze groep Westlanders daar niets aan.

Veel gehoord is natuurlijk de klacht dat blijkbaar wel grote zorg bestaat over de huisvesting van statushouders, maar dat deze groep Westlanders vergeten wordt, althans zo lijkt het, aan hun lot worden overgelaten.

Dit leidt tot de volgende vragen:

–        Is het College bereid de plannen zoals deze door de woningcorporaties worden aangeleverd ook te toetsen op de bereidheid van de corporaties om in de diverse dorpskernen in Westland te voorzien in goedkopere sociale huurwoningen voor vorenstaande doelgroep?

–        Is het College bereid om te bevorderen bij de wooncorporaties dat in ieder geval op termijn de hiervoor genoemde inwoner van Westland geholpen kan worden? Immers als die termijn er is, dan kan men trachten via tijdelijke maatregelen dan wel afspraken met de ex-partner de periode te overbruggen. –        Is het College het met de fractie van Westland Verstandig eens dat vorenstaande doelgroep prioriteit heeft omdat dit soort gevallen in Westland natuurlijk best wel vaak zich voordoen?

De fractie van Westland Verstandig verzoekt u de vragen binnen de daarvoor gestelde termijn schriftelijk te beantwoorden.

Hoogachtend,

U e.a.,

Namens de fractie Westland Verstandig

P.J.L.J. Duijsens,

 

Fractievoorzitter

Meer nieuws uit
Zoeken