Honselersdijk 17.06.2018 – Het WK is begonnen en Marokko doet dit keer mee. Ik moest direct denken aan de jaren 90 waarin ik met de Marokkaanse jeugd zaterdagmiddags ging voetballen.
Toen ik in 1993 trouwde kwam ik te wonen aan het Van Beekum Maurisseplein, een oude wijk in Honselersdijk die genomineerd stond om gesloopt te worden.
Een paar families van Marokkaanse afkomst woonden ook daar en de kinderen speelden veel buiten. Omdat de kinderen zich blijkbaar op een keer zaterdagmiddags liepen te vervelen, opperde ik het idee of ze het leuk vonden om een potje te voetballen op het trapveldje even verderop. Daar hadden ze wel oren naar en dus gingen we erheen.
Problemen
Dat potje voetbal verliep echter minder flexibel dan ik dacht. Al snel werd duidelijk dat emoties het spel bepaalden en dat de kinderen totaal niet wisten hoe ze als team moesten samenwerken. Een al dan niet per ongeluk gemaakte tackle resulteerde binnen de kortste keren in (slaande) ruzie en verbaal loog het er ook niet om.
De leeftijd varieerde van 10 tot 15 jaar en de kleintjes waren ook nog eens bang voor de groten. Die hoefden maar verbaal te dreigen en balverlies was een feit. Kortom, het was een zootje ongeregeld. Aangezien de kinderen het desondanks best wel leuk vonden bleef het niet bij die ene keer en werd het zaterdagmiddagvoetbal een aantal jaren een bijna wekelijks event.
Structuur
Aangezien verbale onvrede nogal wat teweeg bracht tijden het spel was mijn eerste reactie; ‘Jongens, niet zeuren, voetballen!!’ Dat werd een terugkerende slogan. Ook de emoties verstoorden het voetbal en de focus. Daar had ik weer een andere leus voor verzonnen; ‘Het hogere doel disciplineert mijn gevoel.’ Op het moment dat spelsituaties in ruzie dreigde te eindigen, nam ik de jongens apart en liet het ze nazeggen en herhaalde dat ze gefocust moesten blijven.
En dan de grote jongens die de kleintjes manipuleerden. Ik hield ze voor dan niet de grotere jongens zelf maar de ANGST voor de jongens het probleem was. Natuurlijk waren ze bang voor een (rot) schop of blessures. Ik hield ze dan voor dat ze hooguit een doodschop konden krijgen, en dat niet de jongens maar angst hun grootste vijand was. Die filosofie, geloof het of niet, werkte.
Als tijdens het voetbal zo ’n kleintje, tijdens balbezit en in duel met een grote jongen, geneigd was ineen te krimpen, klonk over het veld. ‘Niet vergeten, angst is je grootste vijand.’ Na verloop van tijd maakte het niet meer uit tegen wie ze voetbalden, ze durfden elk duel aan.
En soms als de gemoederen echt te hoog opliepen, werd er een time out genomen of een speler tijdelijk naar de kant gehaald, net als met ijshockey.
Ego-en was er ook niet bij. Ik leerde ze dat ze meer konden bereiken als ze als team werkten en als ze te gretig werden om te scoren, werd dat direct verbaal gecommuniceerd, ook onderling.
Foto ’s van toen
Manier van winnen
En als laatste waren er nog twee eindresultaten. Wij speelden aldus; wie het eerste 10 doelpunten had gescoord was winnaar. Je kon van je tegenpartij winnen of ze afdrogen. Winnen kon je met kleine cijfers en afdrogen was handdoekenwerk als je met 10-5 of met minder tegendoelpunten had gewonnen, de ultime kick. Een dubbele focus dus.
Na verloop van tijd merkte ik dat de kinderen het spel beter in de gaten kregen en waar ze individueel op moesten letten, maar de test kwam een paar jaar later. Aangezien het partijtje voetbal op de zaterdagmiddag bekend werd in de buurt, kwamen er op een keer een aantal van die opgeschoten pubers van rond de 15-16 jaar kijken wat die ukkies aan het doen waren.
De test Nederland – Marokko
Die middag waren een aantal kinderen van rond de 10-13 jaar aanwezig. Of de heren zin hadden in een potje voetbal. Ik speelde als enige volwassene laatste man en vliegend kiep en wij moesten tegen die overwegend Hollandse, veel grotere jongens, voetballen.
Je zag ze glimlachen en ze lachten ons openlijk uit. Wie dachten wij wel dat we waren? En mijn spelers lachten hen uit. Overigens allemaal grote jongens die wel wisten hoe ze een paar man, zeker die kleintjes, moesten passeren met een bal.
En dat was ook zo, alleen speelden ze niet als een team en voor intimidatie of druk weken de kleintjes ook niet tot hun ontzetting. Gevolg was dat ze letterlijk gedold en weggetikt werden op het veld door ‘de ukkies.’ Die kregen steeds meer zelfvertrouwen gedurende de wedstrijd dat ze zelfs de grote jongens op gegeven moment individueel durfden uit te spelen en we wonnen met dikke cijfers. 10-4 of 10-5
Kleine Achmed kwam met een glimlach van oor tot oor naar me toelopen. ‘Waar zijn de handdoeken?’ We hadden niet alleen gewonnen, we hadden ze afgedroogd. De inspanning had zijn vruchten afgeworpen.
Als voetbal een vechtsport wordt
Als je van een afstand bekijkt hoe het de laatste jaren op het voetbalveld eraan toegaat, zie je wel in dat voetbal niet alleen een fysiek spel is maar ook een spel van zelfbeheersing, discipline en samenspel.
En aan dat laatste aspect ontbreekt het dikwijls ook op andere vlakken in de maatschappij. Het wordt misschien tijd om de focus eerst weer eens naar het innerlijk te verleggen, net als toen, en vandaar uit verder te gaan.
Een prettige zondag verder.