Nederland 02.10.2023 – Een portier van een café houdt er een heftig deurbeleid op na. Hij zwaait met een vuurwapen naar de gasten.
Het is voor inspecteur René en zijn collega’s niet makkelijk om de brede man van twee meter aan te houden. Komt dat nog goed?
Bij een café zou de portier aan enkele gasten een vuurwapen hebben getoond. De uitbater van het café raakt in paniek en belt ons op.
Mijn collega en ik zijn slechts enkele honderden meters verwijderd van dat café. De portier kennen we. Het is een man van ongeveer twee meter lang en naar ons gevoel met dezelfde breedte in de schouders. De uitbater heeft de man ingehuurd, omdat hij last had van een beruchte groep uit de buurt. Deze groep dronk veel, maar betaalde slecht. Sinds de portier deze groep op een nogal intimiderende toon had aangesproken was het rustig gebleven in het café. Zo’n reputatie had Klaas, zoals deze portier werd genoemd.
Gezien de paniek van de uitbater, rijden we er gelijk naartoe. Helaas reageert de meldkamer niet direct op ons verzoek om assistentie, maar wij besluiten om toch het café binnen te gaan.
Binnen in het café zien wij dat de portier aan de bar zit. De enorme bult van het wapen in zijn rechterbroekzak valt meteen op. Mijn collega spreekt de man aan en het lukt hem om de portier, weg van het publiek, naar de keuken te leiden. Mijn collega blijft wat op Klaas inpraten en staat op twee meter tegenover hem. Ik sta aan de rechterzijde van hem op ongeveer anderhalve meter afstand. Langzaam schuif ik iets dichter naar hem toe en tegelijkertijd stopt Klaas zijn hand in zijn rechterbroekzak. Hij draait zich een kwartslag om trekt het vuurwapen uit zijn zak en richt het met gestrekte arm op mijn gezicht.
Ik zie dat het een klein vuurwapen is met een dubbele loop. Daar sta ik dan. Ik voel mijn lijf in tweeën splitsen. De bovenzijde van mijn lijf is gespannen en geconcentreerd. Tegelijkertijd voel ik dat mijn knieën hevig trillen Klaas en ik kijken elkaar recht in de ogen, wel vijf seconden lang.
Ik haal even geen adem. Plots draait hij zich om naar mijn collega, geeft het vuurwapen af en legt de werking uit. Ik adem weer uit. Tot onze verbazing lukt het ons om Klaas de dienstauto in te praten en mee te nemen naar het politiebureau.
Op het bureau weigert hij om de cel in te gaan en geeft duidelijk aan dat hij zich in alle hevigheid gaat verzetten. Het was ons bekend dat er bij een eerdere aanhouding zes collega’s nodig waren om hem met moeite in bedwang te houden. Aangezien wij het vuurwapen al in handen hebben, wegen we wat risico’s af. Wij willen niet dat hij weer naar het café zou gaan dus zetten we hem thuis af. Hij woonde nog bij zijn moeder.
De volgende ochtend word ik strak van de zenuwen wakker en ga naar het politiebureau om mijn verhaal te doen. Een meelevende collega vraagt waarom wij niets hebben gedaan met de bedreiging van Klaas. Op dat moment valt bij mij pas het kwartje: dat het een serieuze strafrechtelijke bedreiging is geweest. Ik kan het niet anders verklaren dan dat de adrenaline rare dingen doet met je gedachten.
Later bij de politierechter heb ik alsnog mijn verhaal gedaan. Klaas werd veroordeeld tot zes maanden celstraf. Jaren later overleed Klaas nadat hij in een café ernstig was mishandeld.