Verbod op gezichtsbedekkende kleding vanaf 1 augustus

Westlanden 20.07.2019 – U mag vanaf 1 augustus 2019 geen gezichtsbedekkende kleding meer dragen in voertuigen van het openbaar vervoer en in en rondom gebouwen van het onderwijs,


de zorg en de overheid. Dit betekent dat u op deze locaties geen kleding mag dragen die uw gezicht onherkenbaar maakt, zoals een integraalhelm of boerka.

Dit staat in de wet ‘Gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding’. In de volksmond heet deze wet ook ‘boerkaverbod’ of ‘nikabverbod’. De wet is bedoeld om gezichtsbedekkende kleding te verbieden op locaties waar je elkaar moet kunnen herkennen en aankijken.

Wat is gezichtsbedekkende kleding?
Bij gezichtsbedekkende kleding gaat het om alle kleding die uw gezicht onherkenbaar maakt. Bijvoorbeeld een bivakmuts, boerka, nikab, integraalhelm of een masker. Een hoofddoek, geschminkt gezicht en een pet vallen niet onder het verbod.

Voor wie geldt het verbod op gezichtsbedekkende kleding?
Het verbod op gezichtsbedekkende kleding heeft betrekking op iedereen die zich begeeft in voertuigen van het openbaar vervoer, de zorg, het onderwijs en overheidsgebouwen. Dus ook voor onder andere bezoekers, medewerkers, docenten, leerlingen en patiënten.

Uitzonderingen op het verbod
In de wet gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding zijn de volgende uitzonderingen opgenomen:

– Kleding die noodzakelijk is ter bescherming van het lichaam. Bijvoorbeeld bij de uitoefening van een beroep of sport. Denk aan een veiligheidsmasker van een lasser.

– Het verbod geldt niet voor cliënten, patiënten of hun bezoekers in residentiële delen van zorginstellingen waar mensen voor langere tijd verblijven. Bijvoorbeeld een seniorencomplex. Dit wordt beschouwd als het privédomein van cliënten of patiënten.

– Feestelijke en culturele activiteiten die plaatsvinden op de locatie waar het verbod geldt. Gezichtsbedekkende kleding is toegestaan bij een feestelijke of culturele activiteit waarbij deze kleding naar de maatschappelijke opvattingen passend is. Deze uitzondering geldt alleen als de kleding onlosmakelijk onderdeel is van het betreffende feest. Bijvoorbeeld maskers of andere gezichtsbedekking tijdens een sinterklaasviering of carnavalsfeest op school. Of een bruidssluier tijdens een bruiloft in het stadhuis.


Foto wikipedia

Handhaving van het verbod
Deze wet wordt strafrechtelijk gehandhaafd door de politie. Ook medewerkers van de locaties waar het verbod geldt, hebben een rol bij de naleving van het verbod. Het uitgangspunt is dat medewerkers van deze locaties weten dat het verbod er is en dat zij mensen hierop kunnen wijzen.

De medewerker kan de betrokkene vragen om de locatie te verlaten of om de gezichtsbedekkende kleding af te doen. Als de betrokkene dit niet doet kan de politie worden ingeschakeld. Op overtreding staat een boete van € 150.

Meer nieuws uit
Zoeken