Nederland 10.11.2022 – Nederlandse motorvoertuigen, uitgezonderd motor- en bromfietsen, reden in 2021 samen bijna 134 miljard kilometer.
Dit is bijna 5% meer dan in 2020, maar 11% minder dan in 2019. Vooral met voertuigen voor personenvervoer (personenauto’s en bussen) werd minder gereden dan vóór corona. Voertuigen voor het vervoer van goederen legden ongeveer evenveel (zware vrachtvoertuigen) of juist meer kilometers (bestelauto’s) af dan in het laatste jaar voor de coronapandemie. Dit blijkt uit de nieuwste cijfers van het CBS.
78% van de voertuigkilometers werd in 2021 gereden met personenauto’s. Deze reden 4,8 miljard kilometer meer dan een jaar eerder, maar nog steeds 16,8 miljard kilometer minder dan in 2019. Hoewel het aantal personenauto’s in 2021 vergeleken met twee jaar eerder met 2% is toegenomen, nam het gemiddelde jaarkilometrage in deze periode met 16% af naar 11.000 kilometer per personenauto.
Buskilometers fors lager dan in 2019
In 2021 reden Nederlandse bussen in totaal 497 miljoen kilometer. Daarvan werd 86% afgelegd door lijndienstbussen, de rest door touringcars. Voor de coronapandemie, in 2019, werd er in totaal nog 661 miljoen kilometer afgelegd door bussen. Dat het aantal buskilometers tussen 2019 en 2021 met bijna 25% daalde, hing vooral samen met een afname van het aantal lijndienstbussen (-9%) en het aantal touringcars (-21%). Daarnaast werd er in 2021 gemiddeld ruim de helft minder gereden met een touringcar dan in 2019. Terwijl de lijndienstbussen daarentegen gemiddeld weer ongeveer evenveel reden als voor de coronapandemie.
Toename aantal kilometers bij voertuigen voor goederenvervoer
Nederlandse bestelauto’s legden in 2021 ruim 18,8 miljard kilometer af. Hiermee ligt het aantal kilometers 5% hoger dan een jaar eerder en 2% hoger dan in 2019. Met zware vrachtvoertuigen werd vorig jaar 9,8 miljard kilometer afgelegd. Dit is 3% meer dan in 2020 en 0,4% meer dan in het laatste jaar voor corona. In 2021 was het aantal bestelauto’s 4% hoger dan in 2019, maar per bestelauto werd gemiddeld iets minder gereden (ruim -1%). Bij de zware vrachtvoertuigen gebeurde in dezelfde periode het omgekeerde; het aantal voertuigen daalde (-2 procent), terwijl gemiddeld per voertuig meer kilometers werden afgelegd (ruim 2%).