Nederlands bbp 4e per inwoner in EU

Nederland 09.05.2025 – In 2024 was het Nederlandse bruto binnenlands product (bbp) per inwoner 63 duizend euro.

Nederland staat daarmee op de vierde plaats binnen de Europese Unie (EU), net als in 2023. Het bbp per inwoner was ruim anderhalf keer zo groot als het EU-gemiddelde. Op basis van de werkelijke individuele consumptie, gecorrigeerd voor prijsverschillen, is Nederland tweede in de EU. Dit blijkt uit cijfers van het CBS en Eurostat.

Luxemburg heeft binnen de EU het hoogste bbp per inwoner. Dit komt door het relatief grote aantal financiële instellingen in het land, en doordat veel mensen in Luxemburg werken maar er niet wonen. Op de tweede plek staat Ierland, waar ook veel buitenlandse multinationals gevestigd zijn, gevolgd door Denemarken en Nederland. Bulgarije heeft met ruim 16 duizend euro het laagste bbp per inwoner in de EU. Dit is bijna twee en een half keer zo laag als het EU gemiddelde.
Bbp per inwoner, 2024
Land Bbp per inwoner (duizend euro) (duizend euro)
Luxemburg 126,9
Ierland 99,1
Denemarken 66,4
Nederland 63,0
Zweden 53,0
Oostenrijk 52,5
België 51,9
Duitsland 50,8
Finland 49,2
Frankrijk 42,6
Europese Unie 39,7
Malta 39,4
Italië 37,2
Cyprus 34,5
Spanje 32,6
Slovenië 31,5
Tsjechië 29,3
Estland 28,7
Litouwen 27,2
Portugal 26,7
Slowakije 24,0
Griekenland 22,6
Polen 22,6
Kroatië 21,7
Letland 21,6
Hongarije 21,6
Roemenië 18,6
Bulgarije 16,1
Bron: CBS, Eurostat

Bbp per inwoner van Nederland 0,3 procent hoger dan in 2023

Het bbp per inwoner was in 2024, gecorrigeerd voor prijsveranderingen, 0,3 procent hoger dan een jaar eerder. De economische groei was groter dan de bevolkingsgroei, waardoor het bbp per inwoner toenam. In de Europese Unie nam het bbp per inwoner met 0,8 procent toe. Een jaar eerder nam het bbp per inwoner in Nederland en de Europese Unie nog af, met respectievelijk 0,1 en 0,9 procent.

Bbp per inwoner (volume)
Jaar Europese Unie (2010=100) Nederland (2010=100)
2010 100 100
2011 101,8 101,3
2012 100,8 99,9
2013 100,7 99,6
2014 102,2 100,9
2015 104,4 102,5
2016 106,2 104,5
2017 109 106,7
2018 111 108,5
2019 112,9 110,3
2020 106,7 105,4
2021 113,5 111,5
2022 116,8 115,9
2023 116,7 114,9
2024 117,6 115,2
Bron: CBS, Eurostat

 

Werkelijke individuele consumptie in Nederland tweede in de EU

Een andere maatstaf voor de materiële welvaart in een land is de werkelijke individuele consumptie per inwoner, ook gecorrigeerd voor het prijspeil. Deze bestaat uit de consumptieve bestedingen van huishoudens, de consumptie van instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens en de individuele consumptie door de overheid. Daardoor houdt dit cijfer rekening met verschillen in financiering van bepaalde voorzieningen, zo verschilt bijvoorbeeld de financiering van het zorgsysteem tussen landen.

De werkelijke individuele consumptie gecorrigeerd voor verschillen in het prijspeil is in Nederland ruim 32 duizend euro. Daarmee staat Nederland op de tweede plaats in de EU. In de EU is de werkelijke individuele consumptie ruim 26 duizend euro. In Nederland is dit 60 procent van het bbp, in de EU is dit 66 procent.

In Luxemburg en Ierland is de werkelijke individuele consumptie laag als aandeel van het bbp. Landen met veel (buitenlandse) bedrijven hebben doorgaans een lager aandeel van de werkelijke consumptie per inwoner in het bbp. Luxemburg blijft eerste op de ranglijst, maar het verschil met andere landen is kleiner. Ierland zakt naar de vijfde plek. Op basis van de werkelijke individuele consumptie per inwoner staat België op de derde plaats in de EU, terwijl het op basis van het bbp per inwoner op de zevende plaats staat.

Werkelijke individuele consumptie, 2024 (gecorrigeerd voor prijspeil)
Land Werkelijke individuele consumptie (duizend euro) (duizend euro)
Luxemburg 42
Nederland 32,3
België 31,2
Denemarken 30,9
Ierland 30,9
Oostenrijk 30,5
Duitsland 30,3
Finland 28,9
Zweden 28,7
Frankrijk 27,4
Italië 26,4
Cyprus 26,3
Europese Unie 26,2
Spanje 24,5
Malta 24,5
Litouwen 23,3
Slovenië 23,2
Portugal 23,1
Roemenië 22,2
Griekenland 21,7
Polen 21,6
Tsjechië 21,3
Kroatië 21,1
Estland 20,6
Slowakije 20,6
Letland 19,9
Hongarije 18,2
Bulgarije 17,9
Bron: CBS, Eurostat
Meer nieuws uit

Eén reactie

  1. Leuk verhaal, maar het is nergens zo duur als in Nederland, energie, huizen prijzen, belasting en accijnzen enz.

    1
    0

Geef een reactie

U bent vrij om te reageren met behoud van respect en fatsoen. Kleineren is not done. Alle geplaatste reacties worden een paar keer per dag nagekeken en zijn niet direct zichtbaar. Dus even geduld aub.

Zoeken