Zelfdoding voorkomen door inhoud van een politiebusje

Delft 14.12.2013 – De politiemeldkamer wordt gebeld door een verontruste man. Zijn vrouw is in verwarde toestand met de auto vertrokken richting Rotterdam.


Hij vermoedt dat ze van plan is om zelfmoord te plegen.’

Dit is het verhaal van Piet Kats, 44 jaar en werkt als brigadier in de noodhulp Rotterdam op district Zuid. Al 18 jaar in het blauw, motorrijder en specialist op het gebied van verkeer.

Vrachtwagenchauffeurs en politiemensen; beroepsgroepen die geregeld met elkaar in aanraking komen. En dan bedoel ik de corrigerende agent die de vrachtwagenchauffeur een bekeuring geeft voor het voeren van een (te) rijkelijk uitgebreide verlichting. Of voor de beroemde gordijntjes aan de zijruiten die het uitzicht belemmeren. Maar wij hebben zeker ook overeenkomsten. Bijvoorbeeld passie voor ons werk. En, als het erop aankomt, bereid zijn om gezamenlijk als professional op te treden, eensgezind.

De politiemeldkamer wordt omstreeks 23:00 uur gebeld door een verontruste man. Zijn vrouw is in verwarde toestand met de auto vertrokken richting Rotterdam. Hij vermoedt dat ze van plan is om zelfmoord te plegen. Nog geen paar minuten later regent het telefoontjes over een spookrijder op de bewuste rijksweg. Al snel wordt de vrouw inderdaad op de verkeerde weghelft gesignaleerd door een politieauto, die op de goede weghelft naast haar auto gaat rijden. De vrouw reageert nergens op, ondanks dat de politieagenten verwoede pogingen doen en diverse tegenliggers moeten uitwijken.

Mijn collega, Irene, en ik rijden op dat moment door een tunnel in de richting van de spookrijdster en besluiten om een zogeheten verkeersstop te doen. We vertragen het verkeer achter ons en vormen zo een blokkade. Tegelijkertijd vragen we de meldkamer om de tunnel met slagbomen af te sluiten. Er staan twee vrachtwagens achter ons en ik vraag de chauffeurs om hun trucks stil te zetten op rijstrook 1 en 3.

De overige auto’s laten we erachter staan. De automobilisten moeten in hun auto blijven. Vervolgens plaatsen we vliegensvlug onze politiebus op de vluchtstrook en zetten alle verlichting aan. Ik vertel de chauffeurs dat er een spookrijdster aankomt die we willen laten stoppen en vraag hen alles aan te zetten: schijnwerpers, grote verlichting. Kortom, een zee aan licht.

In het midden op rijstrook 2 blijft een ontsnappingsgat, waar niets staat. Dit is de enige mogelijkheid om de spookrijdster te stoppen voordat er doden vallen.

Ik vraag aan een verbaasde Irene om alle grote spullen uit onze bus aan mij te geven. De lege rijstrook 2 leggen we vol met attributen: een (uitgeschoven) ladder, schep, veiligheidsvesten, bezem en pilonen. Kortom, de hele standaardinhoud van een politiebusje. De vrachtwagenchauffeurs leggen er ook de nodige obstakels bij. Het lijkt werkelijk op een vrijmarkt op Koninginnedag, maar het is natuurlijk bedoeld om de vrouw af te remmen mocht ze toch niet worden afgeschrikt door de felle verlichting. Alles moet in heel korte tijd gebeuren. Tot slot pak ik een breekijzer, waarmee ik van plan ben om de voorruit mee aan diggelen te slaan, als ze over onze uitgestalde waren zou heenrijden.

In de verte zien we koplampen opdoemen en rijdt ons een auto spookrijdend tegemoet. Met spanning wachten we af wat ze gaat doen. Gaat ze afremmen en stoppen of duikt ze in het zwarte gat op rijstrook 2 met als gevolg dat ze haar auto vastrijdt op alle attributen?

Gelukkig remt ze af en komt ze eigenlijk vrijwel tot stilstand op honderd meter van ons. We zien haar witte gezicht afsteken tegen de giga-verlichting van de vrachtwagens. Ze moet werkelijk geen steek voor ogen gezien hebben. Ons plan is gelukt. Collega’s van de politie stormen op de auto af en trekken haar achter het stuur vandaan. De vrachtwagenchauffeurs zijn apetrots op hun bijdrage, maar ik ben nat van het zweet. Reken maar dat de chauffeurs gelachen hebben om die twee maffe politieagenten die de inboedel van hun politieauto over de weg spreidden, maar we hebben met z’n allen wel eendrachtig ons doel bereikt!

De meldkamer vraagt of ze de afgesloten tunnel weer vrij kunnen geven voor het verkeer. Irene vraagt of ze nog even te wachten, om de spullen van de vrijmarkt van de weg te halen. De meldkamer begrijpt hier natuurlijk niets van. Nadat Irene heeft uitgelegd dat we een rijstrook bezaaid hebben met onze inboedel moeten ze hard lachen, ze hadden dit graag gezien. Al toeterend verlaten de chauffeurs hun positie en rijden ze verder. Wat een geweldig resultaat!

De vrouw werd overigens met succes behandeld voor haar psychische problemen.

Meer nieuws uit
Zoeken